Fase 10
19/04/2021 - 14/05/2021Doelstelling
We stellen de laatste adem van het proces voor in één sprint dat staat voor vier weken.
Cognitive walkthrough
Deze methode geeft ons inzicht in de werking van de toolbox en overwegingen die mensen maken bij het gebruiken ervan. We passen een thinking aloud protocol toe gedurende de methode zodat we zorgvuldig kunnen observeren en een nabespreking kunnen uitvoeren met evaluatieve vragen.
Website (visualisatie scenario's + persona's + design criteria)
De gebruiksvriendelijke en overzichtelijke website van al onze belangrijkste deliverables wordt in deze sprint gefinaliseerd.
Eindpaper
De eindpaper wordt in deze sprint verder uitgewerkt en in een mooi jasje gestoken.
Vraagstelling
- Is de 'design criteria for elderly care' bruikbaar voor productontwikkelaars?
Methodeplanning
- Aantal respondenten: -
- Fase: Rapportering
- Aantal respondenten: -
- Fase: Voorbereiding
Taakverdeling
- Fien Van Holderbeke
- Jana Maes
- Jonas Verstichel
- Clara Vandecasteele
- Kathleen Valcke
- Matthijs Gillemon
- Camille Naessens
- Clara Vandecasteele
- Hanne Colpaert
- Jana Maes
- Jonas Verstichel
- Jules Viaene
- Lisa Dewulf
- Louis Demeulenaere
- Brecht Jacobs
- Catho De S met
- Fien Soens
- Louise Verhue
- Camille Naessens
- Fien Van Holderbeke
- Jana Maes
- Jules Viaene
- Clara Vandecasteele
- Fien Van Holderbeke
- Freya Cloostermans
- Kathleen Valcke
- Matthijs Gillemon
- Catho De S met
- Fien Soens
- Fien Van Holderbeke
- Freya Cloostermans
- Matthijs Gillemon
METHODIEK 1: Cognitive walkthroughs
Aantal respondenten
Evaluatie van de methodiek
Deze methode was handig om de toolbox uit te testen. We hebben gekeken naar gebruiksvriendelijkheid en het identificeren van mogelijke fouten of gebreken van de paper prototype. Deze methode werd twee keer uitgevoerd door een groepje van drie die geen deel uitmaakten van het team die het prototype en de design criteria ontwierp. Hierdoor konden ze de toolbox objectief en met een frisse kijk beoordelen.
Belangrijkste resultaten
De cognitive walkthrough bestond uit twee fases:
De eerste fase: alle kaarten van de toolbox werden doorgenomen met een kritische blik en beoordeeld op basis van eenduidigheid en logica. Er werden hierbij verschillende kaarten geherformuleerd of verwijderd, als ook suggesties gedaan voor een gebruiksvriendelijkere lay-out. Deze aanpassingen werden dan wederom uitgevoerd door team paper prototype.
De tweede fase: de toolbox werd uitgetest door onszelf te verplaatsen in het hoofd van gebruiker. Er werd een innovatie gekozen uit voorgaande brainstorm die op basis van de COCD-box het meeste stemmen behaalde, dit was de Tinder die ouderen matcht met een zorgverlener. Er werd dus gedaan alsof we een prototype ontwikkeld hadden voor deze applicatie. Met dit prototype in gedachten doorliepen we dan alle kaarten van de toolbox zoals de toolbox gebruikt hoort te worden volgens de bijkomende handleiding. Deze innovatie voor ouderen werd dus getoetst aan de hand van de design criteria van de toolbox. Hierbij werden er nog enkele kleine suggesties gedaan voor de formulering en woordkeuze en verduidelijking van de ‘spelregels’. Zo kwamen we tot het uiteindelijke product.
Een link naar de cognitive walkthrough oefening: https://docs.google.com/docume...
Antwoorden
1. Is de 'design criteria for elderly care' bruikbaar voor productontwikkelaars?
Ja, na de oefening met een idee uit de creative brainstorm is gebleken dat het een handige toolkit is om te zien of design criteria al dan niet geïmplementeerd zijn in een innovatie en/of ze nog toegevoegd moeten worden.
Een voorbeeld vind je wederom in deze link: https://docs.google.com/docume...
Wat nemen we mee naar de volgende onderzoeksstap?
Na deze sprint hebben we een finaal antwoord kunnen bieden op de vraag die we in het begin van het jaar van onze challengers hebben gekregen:
Hoe kunnen we het welzijn van ouderen in de toekomst verbeteren binnen de thuiszorg en woonzorgcentra?
Door onze scenario-analyse bieden we bedrijven zoals van Vanden broele en overheden een onderbouwd beeld van hoe de ouderenzorg er kan uitzien in 2050 en de mogelijkheid voor hun om daarop te anticiperen. Dit kunnen ze doen door het ontwikkelen van innovaties voor de ouderenzorg die rekening houden met de design criteria die we in onze toolbox aanbieden.
Te onthouden voor op te leveren tangible:
Link naar onze website met alle belangrijke deliverables en visualisaties:
Fase 9
05/04/2021 - 16/04/2021Doelstelling
Visualisatie scenario's en persona's
Deze sprint gaan we verder met het visualiseren van de scenario's (WIX) en de persona's (Canva). De scenario's komen samen met de filmpjes van de persona's op de website (Wix). De uitgeschreven scenario's, de conceptuele modellen en de Journeykaart komen ook op de website te staan.
Design criteria
Aan de hand van de feedback van de 5 experten gaan we designcriteria finetunen en idealiter zouden we die graag nog eenmaal willen aftoetsen bij Jan Debaene (hoofdverpleegkundige dienst ouderenpsychiatrie AZ Sint-Jan).
Creative brainstorm (Lotus Blossum methode) en COCD-box
Dinsdag zullen we met de volledige groep samenkomen om via de Lotus Blossum methode tot 64 ideeën te komen. Deze ideeën moeten idealiter passen binnen de 4 scenario's en moeten rekening houden met de design criteria die dan al reeds zijn goedgekeurd door de 5 experten. We gaan net zoals vorige keer de groep indelen in twee subgroepen die dan rond elk centraal concept gaat brainstormen voor ideeën. Op het einde van de brainstorm krijgt elk teamlid aan de hand van de COCD-box weer de kans om 4 stemmen uit te brengen op basis van NOW (haalbaar en goed idee), HOW (niet haalbaar maar wel origineel idee), WOW (zowel haalbaar en origineel idee). Dit is een goede aanzet voor deze sprint waar we dan de beste ideeën gaan verder uitwerken en paper prototypes van gaan maken.
Paper prototyping
Doordat we de designcriteria al hebben afgetoetst bij diverse experten, hebben we al een aanzet gegeven aan het design thinking proces van de paper prototyping methode. De bedoeling is om op basis van het beste WOW-idee dat uit de COCD-box naar boven komt een eenvoudige uitwerking en visualisatie te maken van het idee. Deze paper prototype kan een aanzet geven voor productontwikkelaars om het product in werkelijkheid uit te voeren.
Vraagstelling
- Welke WOW-ideeën komen naar boven tijdens de creative brainstorm en COCD-box?
- Wat zijn de finale design criteria waar we rekening mee moeten houden?
- Wat is onze paper prototype?
Methodeplanning
- Aantal respondenten: -
- Fase: Voorbereiding
- Aantal respondenten: -
- Fase: Voorbereiding
- Aantal respondenten: -
- Fase: Voorbereiding
- Aantal respondenten: -
- Fase: Voorbereiding
Taakverdeling
- Fien Van Holderbeke
- Jana Maes
- Jonas Verstichel
- Freya Cloostermans
- Hanne Colpaert
- Jonas Verstichel
- Louis Demeulenaere
Volledig team
- Camille Naessens
- Clara Vandecasteele
- Jules Viaene
- Lisa Dewulf
- Brecht Jacobs
- Catho De S met
- Fien Soens
- Louise Verhue
- Fien Soens
- Fien Van Holderbeke
- Jana Maes
Volledig team
- Kathleen Valcke
- Matthijs Gillemon
METHODIEK 1: Scenario analysis
Aantal respondenten
Evaluatie van de methodiek
De scenario's waarin de persona's verwerkt zijn werden aan de hand van een filmpje via Canva gevisualiseerd. Deze werden geïmplementeerd in een overzichtelijke en gebruiksvriendelijke website waarin onze belangrijkste deliverables duidelijk gecommuniceerd worden.
Belangrijkste resultaten
Om het verrassingseffect te behouden gaan we de finale filmpjes niet tonen en houden we dit voor de eindpresentatie.
METHODIEK 2: Personas
Aantal respondenten
Evaluatie van de methodiek
Hier geldt hetzelfde als bij de methode-evaluatie van de scenario-analyse.
Belangrijkste resultaten
METHODIEK 3: Creative brainstorm
Aantal respondenten
Evaluatie van de methodiek
Na feedback van onze begeleiders (6/04) leek het ons inhoudelijk geen logische volgende stap om een creative brainstorm uit te voeren aangezien we geen definitieve deliverable gaan opleveren aan onze challengers. Vandaar dat het nutteloos lijkt om ideeën te gaan genereren aangezien we deze taak overlaten aan productontwikkelaars. Daarom focusten we voor ons interfacedoel op een gedetailleerde en volledig uitgewerkte lijst met design criteria die we op een aanspreekbare en bruikbare manier hebben ontwikkeld.
Belangrijkste resultaten
/
METHODIEK 4: Paper prototyping
Aantal respondenten
Evaluatie van de methodiek
In deze sprint stond het op punt stellen van de design criteria centraal. We hebben de eerste week de feedback van de experten volledig verwerkt en opgenomen in de design criteria. Vervolgens hebben we onze begeleiders na de herwerking ingelicht om hier voor een laatste keer feedback op te krijgen. Met deze finale oplijsting zijn we aan de slag gegaan om de design criteria aanspreekbaar en bruikbaar te maken voor mogelijke productontwikkelaars, zodat zij deze makkelijk kunnen gebruiken als een toolkit tijdens hun innovatieproces.
Belangrijkste resultaten
We hebben ervoor gekozen om een toolkit te maken van onze designcriteria. Hierbij hebben we inspiratie gehaald uit de 'tarrotkaarten' en uit de 'user innovation toolbox'. Dit leek ons een efficiënte en gebruiksvriendelijke manier om de design criteria aan de man te brengen. We hebben onze toolkit de naam gegeven: 'Design criteria essentials for elderly care'. In het totaal zitten er 42 kaartjes in de toolbox waarvan 38 met de effectieve criteria op vermeld. Naast de kaartjes hebben we ook een map ontwikkeld genaamd 'Orientation map'. Deze map is onderverdeeld in 3 vlakken met elk een verschillend kleur. Groen staat voor design criteria die reeds geïmplementeerd werden in de innovatie. Oranje staat voor designcriteria die deels geïmplementeerd zijn maar nog niet volledig. Rood staat voor design criteria die nog niet geïmplementeerd werden in de innovatie. Hieruit kunnen de productontwikkelaars zelf opmaken of ze nog rekening willen houden met de kaartjes die op oranje en rood liggen. Dit kunnen ze ook makkelijk afleiden aan de hand van de ratingscore die vanonder op de kaartjes worden vermeld. Deze score geeft telkens aan hoe belangrijk een criteria is om op te nemen in de innovatie voor ouderen. Om het verrassingseffect te behouden gaan we de finale afwerking van de toolbox niet tonen en houden we dit voor de eindpresentatie.
METHODIEK 5: Cognitive walkthroughs
Aantal respondenten
Evaluatie van de methodiek
Om de toolbox eerst en vooral grondig te testen, maken we gebruik van een gebruiksvriendelijke en effectieve testmethode namelijk de cognitive walkthroughs. Deze methode geeft ons inzicht in de werking van de toolbox en overwegingen die mensen maken bij het gebruiken ervan. We gaan deze methode met een subgroepje uitvoeren en de thinking aloud protocol gedurende de test toepassen. Zo kunnen we zorgvuldig observeren en een nabespreking uitvoeren met evaluatieve vragen.
Belangrijkste resultaten
We gaan dit zo snel mogelijk uitvoeren, omdat we dit heel belangrijk vinden als extra validatie van de toolbox.
Antwoorden
1. Welke WOW-ideeën komen naar boven tijdens de creative brainstorm en COCD-box?
We hebben de creative brainstorm zoals eerder vermeld niet meer uitgevoerd.
2. Wat zijn de finale design criteria waar we rekening mee moeten houden?
De finale design criteria zijn terug te vinden in de volgende Google Docx: https://docs.google.com/docume...
3. Wat is onze paper prototype?
Zoals we in de resultaten sectie bij 'paper prototype' al hadden vermeld hebben we een toolbox gecreëerd met de naam 'Design criteria essentials for elderly care'.
Wat nemen we mee naar de volgende onderzoeksstap?
Onze deliverables voor beide doelstellingen zijn afgewerkt. (scenario-analyse en design criteria toolbox)
Te onthouden voor op te leveren tangible:
Onze deliverables voor beide doelstellingen zijn afgewerkt. (scenario-analyse en design criteria toolbox)
Fase 8
22/03/2021 - 02/04/2021Doelstelling
Visualisatie scenario-analyse en persona's
Zowel de scenario-analyse en persona's zijn inhoudelijk volledig afgewerkt in sprint 7. Nu moeten deze enkel nog op een creatieve manier gevisualiseerd worden. Wij hebben gekozen om de scenario-analyse via filmpjes voor te stellen (via Powtoon). Dit komt samen met de persona's op een website (Wix). De uitgeschreven scenario's en de Journeykaart komen ook op de website te staan.
Designcriteria en survey
Bij de meeste scenario's zijn al designcriteria opgesteld. Deze worden nog samengevoegd in een grote, overzichtelijke lijst. Deze criteria zullen dan afgetoetst worden bij de experten aan de hand van een survey. We gaan na bij de experten of dat ze de designcriteria nuttig vinden voor innovaties voor ouderen. Hun feedback zullen we toepassen tijdens onze creative brainstorm. Momenteel hebben we al 3 experten die we willen contacteren, namelijk: Bas Baccarne (senior researcher bij IMEC), Filip Lemaitre (Bureau50) en Bob Deschutter (Miami University: Gerontologic society). Via VDB zijn we nog op zoek naar 2 andere experten.
Creative brainstorm
Op het einde van de sprint zullen we met de volledige groep samenkomen om via de Lotus Blossum methode tot 64 ideeën te komen. Deze ideeën moeten idealiter passen binnen de 4 scenario's en moeten rekening houden met de design criteria die dan al reeds zijn goedgekeurd door de 5 experten. We gaan net zoals vorige keer de groep indelen in twee subgroepen die dan rond elk centraal concept gaat brainstormen voor ideeën. Op het einde van de brainstorm krijgt elk teamlid aan de hand van de COCD-box weer de kans om 4 stemmen uit te brengen op basis van NOW (haalbaar en goed idee), HOW (niet haalbaar maar wel origineel idee), WOW (zowel haalbaar en origineel idee). Dit is een goede aanzet voor sprint 9 waar we dan de beste ideeën gaan verder uitwerken en paper prototypes van gaan maken. Deze tangible zullen we dan in sprint 9 ook verwerken in een intention survey.
Vraagstelling
- Welke designcriteria zijn goedgekeurd door de experten?
- Welke WOW-ideeën komen naar boven tijdens de creative brainstorm?
Methodeplanning
- Aantal respondenten: -
- Fase: Rapportering
- Aantal respondenten: -
- Fase: Rapportering
- Aantal respondenten: -
- Fase: Voorbereiding
- Aantal respondenten: -
- Fase: Voorbereiding
Taakverdeling
- Freya Cloostermans
- Hanne Colpaert
- Jonas Verstichel
- Louis Demeulenaere
- Brecht Jacobs
- Catho De S met
- Fien Soens
- Louise Verhue
- Camille Naessens
- Clara Vandecasteele
- Jules Viaene
- Fien Van Holderbeke
- Jana Maes
- Jonas Verstichel
- Matthijs Gillemon
- Hanne Colpaert
- Lisa Dewulf
- Louis Demeulenaere
Volledig team
METHODIEK 1: Expert interview
Aantal respondenten
Evaluatie van de methodiek
Dinsdag 23/03 hebben we een progressmeeting gehad met onze begeleiders, zij vonden het een beter idee om de designcriteria via een kwalitatieve manier te toetsen namelijk aan de hand van expert interviews ipv een survey. Hierdoor kregen we meer diepgaande feedback van de experts over waarom een designcriterium al dan niet goed of slecht is. Met deze nuttige feedback zijn we nu verder aan de slag te gaan om de designcriteria te herformuleren en te finetunen.
Het gaat hier om een generieke set van designcriteria waar in de volgende stappen rekening mee moet worden gehouden voor onze ideeën beter uit te werken en later een product. De designcriteria moeten dus toepasbaar zijn in elk scenario. We hadden bij sommige scenario's al algemene designcriteria opgesteld, maar deze konden ook gelden in andere situaties.
Belangrijkste resultaten
Aan volgende experts werden de designcriteria getoetst:
Interview afgenomen op 29/03: Ann Peuteman (redactrice bij Knack, auteur van het boek "Verplant" en gastspreker aan de VUB)
Interview afgenomen op 30/03: Bas Baccarne (HelloJenny researcher IMEC UGent)
Interview afgenomen op 31/03: Filip Lemaitre (Bureau50)
Interview afgenomen op 1/04: Herman Vaneeckhout (productdeveloper en designer VDB)
Interview afgenomen op 1/04: Amra Hurlebusch (AZ Sint-Jan, ouderenpsychiatrie)
We vonden het belangrijk om diverse experts te hebben om zo vanuit verschillende standpunten inzicht te krijgen.
Aangezien ons laatste interview donderdagnamiddag was, hebben we nog niet alle feedback kunnen verwerken en zijn we er nog volop aan bezig. We willen aan het begin van sprint 9 deze afgewerkt hebben. We hebben een voorlopig werkdocument waarin alle feedback is opgelijst en we aanpassingen doorvoeren: https://docs.google.com/spread...
METHODIEK 2: Scenario analysis
Aantal respondenten
Evaluatie van de methodiek
Er is een groepje van het vormelijk team bezig met de visualisatie van de scenario's aan de hand van een interactieve website (WIX) en de persona's aan de hand van Canva. De filmpjes worden ook toegevoegd aan de website, zodat er een duidelijk overzicht is van de scenario's en de persona's.
Belangrijkste resultaten
We hebben al het eerste filmpje van de persona Eddy gemaakt om deze te toetsen bij de volledige groep. In de volgende sprint zullen de andere 3 persona's ook in een filmpje gegoten worden op basis van het template filmpje van de persona Eddy: https://drive.google.com/drive...
METHODIEK 3: Personas
Aantal respondenten
Evaluatie van de methodiek
Er is een groepje van het vormelijk team bezig met de visualisatie van de scenario's aan de hand van een interactieve website (WIX) en de persona's aan de hand van Canva. De filmpjes worden ook toegevoegd aan de website, zodat er een duidelijk overzicht is van de scenario's en de persona's.
Belangrijkste resultaten
We hebben al het eerste filmpje van de persona Eddy gemaakt om deze te toetsen bij de volledige groep. In de volgende sprint zullen de andere 3 persona's ook in een filmpje gegoten worden op basis van het template filmpje van de persona Eddy: https://drive.google.com/drive...
METHODIEK 4: Creative brainstorm
Aantal respondenten
Evaluatie van de methodiek
Aangezien we vanuit de designcriteria vertrekken voor onze creative brainstorm, wordt deze verplaatst naar sprint 9 op dinsdag 6/04.
Belangrijkste resultaten
Komt in sprint 9.
Antwoorden
1. Welke designcriteria zijn goedgekeurd door de experten?
In dit excel-document zit een overzichtelijke samenvatting van de feedback van de experten: https://docs.google.com/spread...
2. Welke WOW-ideeën komen naar boven tijdens de creative brainstorm?
Zie sprint 9.
Wat nemen we mee naar de volgende onderzoeksstap?
De designcriteria zullen we meenemen naar de methodes creative brainstorm en paper prototyping als een validering voor de stappen die we nemen naar de ontwikkeling van een product.
Te onthouden voor op te leveren tangible:
De designcriteria zijn heel belangrijk voor een tangible, omdat deze een mooie handleiding vormen voor de productontwikkelaars.
Fase 7
08/03/2021 - 20/03/2021Doelstelling
- Scenario-analyse:
We moeten de scenario's veel nauwkeuriger uitwerken en onderbouwen. Dit gaan we doen door de 4 scenario's uniform te maken qua vorm en inhoud en de impact aan te tonen van de geïdentificeerde trends. Vervolgens gaan we de persona's gaan verwerken in de scenario's en het menselijke aspect meer naar voor schuiven en aangeven wat deze mensen ervaren en hoe ze zich voelen in elk van de scenario's. Uiteindelijk moeten we uit elk scenario een aantal heldere designcriteria verkrijgen. Deze designcriteria moeten aansluiten bij de noden van de doelgroep en de visie van de scenario-analyse. We doen dit om deze criteria achteraf voor te kunnen stellen aan bedrijven die willen investeren in technologie voor ouderen. Als er genoeg tijd overblijft, zouden we graag ook al beginnen aan de visualisatie van de scenario-analyse, zo niet doen we dit in de volgende sprint.
- Persona's:
We gaan 4 persona's ontwikkelen op basis van bestaande literatuur en onze kennis over het onderwerp. Aangezien we dit pas in een later stadium doen, kunnen we deze persona's niet meer onderbouwen en mogen we de persona's zelf gaan ontwikkelen. Dit is een belangrijke stap in ons proces omdat het humane aspect in onze scenario's heel belangrijk is en we de persona's gaan gebruiken om dit te gaan versterken.
Vraagstelling
- Wat zijn de nieuwe labels van onze 4 scenario's?
- Wat zijn de 4 persona's die deze scenario's versterken?
Methodeplanning
- Aantal respondenten: -
- Fase: Data analyse
- Aantal respondenten: -
- Fase: Data verzameling
Taakverdeling
- Brecht Jacobs
- Camille Naessens
- Catho De S met
- Clara Vandecasteele
- Fien Soens
- Fien Van Holderbeke
- Freya Cloostermans
- Hanne Colpaert
- Jana Maes
- Jonas Verstichel
- Jules Viaene
- Lisa Dewulf
- Louis Demeulenaere
- Louise Verhue
- Brecht Jacobs
- Catho De S met
- Fien Soens
- Louise Verhue
- Kathleen Valcke
- Matthijs Gillemon
- Brecht Jacobs
- Catho De S met
- Fien Soens
- Louise Verhue
Volledig team
- Fien Van Holderbeke
- Jana Maes
- Jonas Verstichel
METHODIEK 1: Scenario analysis
Aantal respondenten
Evaluatie van de methodiek
De scenario-analyse was een proces van trial en error. In het begin ging het vrij moeizaam, maar toen we meermaals duidelijke feedback hadden ontvangen, zijn we als groep tevreden van het eindresultaat. Het was handig voor ons om via een conceptueel model een duidelijk overzicht te houden over de gebruikte trends in de scenario's en hoe deze interageren met elkaar. De scenario-analyse vormt een stevige basis voor onze creative brainstorm en paper prototypes.
Belangrijkste resultaten
We zijn tot vier gedetailleerde en uitgewerkte scenario's gekomen, waar we telkens een oudere persona mooi in hebben kunnen verwerken en ook een zorgverlener persona. We hebben ervoor geopteerd om een extra, onzichtbare schuine as toe te voegen aan ons assenstelsel van de scenario-analyse, waarmee we de scenario's opdelen in thuiszorg en WZC. Hierdoor wordt bij scenario 1 en 4 meer de focus gelegd op WZC en bij scenario 2 en 3 meer op thuiszorg. Dit is geen officiële as maar gewoon om een duidelijker onderscheid te kunnen maken en aan te tonen dat we niet enkel focussen op WZC. De uitgeschreven persona's vind je in deze link bij sprint 7: https://docs.google.com/docume...
Uitgeschreven scenario 1: https://docs.google.com/docume...
Uitgeschreven scenario 2: https://docs.google.com/docume...
Uitgeschreven scenario 3: https://docs.google.com/docume...
Uitgeschreven scenario 4: https://docs.google.com/docume...
METHODIEK 2: Personas
Aantal respondenten
Evaluatie van de methodiek
De persona's hebben ons enorm geholpen om de scenario's vorm te geven en het menselijke aspect erbij te betrekken. We hebben getracht te beschrijven hoe ouderen en zorgverleners zich in elk scenario voelen.
Belangrijkste resultaten
Voor de persona's hebben we ons gebaseerd op reeds bestaande persona's uit de literatuurstudie en op de bevindingen uit de expertinterviews. We hebben 4 oudere-persona's geïdentificeerd die elk behoren tot een specifiek scenario. Dan hebben we ook 2 meer algemene zorgverlener-persona's waarvan één voor WZC en één voor thuiszorg. Die van de thuiszorg wordt toegepast in scenario 2 en 3 en die van de WZC wordt toegepast in scenario 1 en 4.
4 oudere persona's:
Afhankelijke Anita
Hulpeloze Harry
Eenzame Eddy
Gelukkige Greta
2 zorgverleners:
WZC: Drukke David
Thuiszorg: Zelfstandige Zoë
Link naar de persona's: https://docs.google.com/docume...
Antwoorden
1. Wat zijn de nieuwe labels van onze 4 scenario's?
Scenario 1: Zorgpersoneel alias de eenzaamheidsverdelger
Scenario 2: Intersectorale innovaties
Scenario 3: Care It Yourself
Scenario 4: Ouderenzorg op automatische piloot
2. Wat zijn de 4 persona's die deze scenario's versterken?
4 oudere persona's:
Afhankelijke Anita
Hulpeloze Harry
Eenzame Eddy
Gelukkige Greta
2 zorgverleners:
WZC: Drukke David
Thuiszorg: Zelfstandige Zoë
Wat nemen we mee naar de volgende onderzoeksstap?
We nemen de scenario-analyse mee voor onze creative brainstorm, omdat elk idee in elk scenario zou moeten kunnen passen. De designcriteria nemen we ook mee om te sturen naar onze experten en die we dan ook verder zullen gebruiken in onze creative brainstorm en paper prototyping.
Te onthouden voor op te leveren tangible:
De designcriteria zijn heel belangrijk voor onze op te leveren tangible.
Fase 6
22/02/2021 - 05/03/2021Doelstelling
Creative brainstorm en Lotus Blossom-methode
We zullen met de volledige groep samenkomen om zoveel mogelijk ideeën te gaan genereren. De Lotum Blossom-methode wordt gebruikt om de creative brainstorm uit te voeren. Hierbij worden de belangrijke thema's, componenten of dimensies van ons thema in de omringende cirkels gelabeld van A tot en met H.
COCD-box
De COCD-box is een tool om op een gestructureerde manier de ideeën uit de creative brainstorm te gaan selecteren. We doelen in de Lotus Blossom op 64 ideeën. Dit betekent dat elke deelnemer 4 stemmen zal krijgen tijdens de COCD-box proces op basis van NOW (haalbaar en goed idee), HOW (niet haalbaar maar wel origineel idee), WOW (zowel haalbaar en origineel idee). Het WOW-idee met meeste stemmen zal uiteindelijk onze eindkeuze worden voor onze tangible.
Intention survey
We zullen gebruik maken van een intention survey. Dit is een methode om te testen of individuen de intentie hebben om een innovatie te adopteren. We gebruiken de intention survey om inzicht te krijgen wie van onze stakeholders en wanneer ze over zullen gaan tot adoptie. In deze sprint zullen we vooral in de voorbereidingsfase zitten namelijk de survey opmaken en versturen naar onze doelgroep.
Voorbereiding paper prototyping
Om een duidelijk beeld te krijgen van onze potentiële tangible maken we gebruik van de paper prototyping methode. Deze methode helpt ons om op een laagdrempelige manier een schets te maken in samenspraak met de stakeholders.
Vraagstelling
- Welke WOW-ideeën omtrent de tangible komen naar boven in de creative brainstorm?
- Welk idee wordt finaal gekozen tijdens de COCD-box om te implementeren in onze intention survey?
Methodeplanning
- Aantal respondenten: -
- Fase: Data analyse
- Aantal respondenten: -
- Fase: Data analyse
- Aantal respondenten: -
- Fase: Voorbereiding
- Aantal respondenten: -
- Fase: Voorbereiding
Taakverdeling
- Fien Van Holderbeke
- Jana Maes
- Jonas Verstichel
- Brecht Jacobs
- Hanne Colpaert
- Louis Demeulenaere
- Clara Vandecasteele
- Freya Cloostermans
- Louise Verhue
- Catho De S met
- Fien Soens
- Camille Naessens
- Jules Viaene
- Lisa Dewulf
- Kathleen Valcke
- Matthijs Gillemon
Volledig team
METHODIEK 1: Lotus blossom
Aantal respondenten
Evaluatie van de methodiek
De creatieve brainstorm die we hebben uitgevoerd op basis van de lotus blossom, was een heel handige methode om op een korte periode veel creatieve ideeën te verkrijgen. We zijn vertrokken vanuit scenario 2 van de scenario-analyse met de onzekere assen 'meer inzetten op eenzaamheid' en 'meer intersectorale samenwerking. Onze doelgroep hierbij zijn woonzorgcentra en thuiswonenden en meer bepaald richten we ons tot ouderen en/of de zorg (zorgpersoneel).
Belangrijkste resultaten
We zijn tot 64 ideeën gekomen die onderverdeeld zijn onder 8 concepten die vervolgens allemaal een antwoord zouden moeten bieden op het volgende scenario: 'samenwerking tussen sectoren zal problemen van eenzaamheid voorkomen'. We hebben dit als volgt aangepakt:
1) Er heeft een groepje zich verdiept in de creatieve brainstorm, met volgende methodes: de lotus blossom en de COCD-box.
2) Daarna hebben ze een platform gezocht om de creatieve brainstorm online te laten doorgaan. Ze hebben voor Miro gekozen (een handig platform om met meerdere personen tegelijk op te werken).
3) Op maandag 22 februari zijn we dan met het hele team samengekomen voor de effectieve brainstorm, die 3 à 4 uur heeft geduurd. Het 'creatieve brainstorm groepje' heeft ons onderverdeeld in twee groepen om de brainstorm vlotter te laten verlopen.
Verloop brainstorm:
- Eerst kort de probleem- en vraagstelling nog eens overlopen zodat iedereen op dezelfde golflengte zit.
- Divergeerfase brainstorm (1.0): bepalen van belangrijke thema's en het gezamenlijk selecteren van componenten van ons onderwerp en die invullen rond het centrale concept in de lotus blossom. Deze concepten zijn: recreatie, digitale educatie, vertrouwde omgeving, psychosociaal welzijn, preventie (langer thuiswonen), plaatstekort, networking (zoektocht nieuwe contacten) en contact (behouden bestaande contacten).
- Divergeerfase brainstorm (2.0.): Hierbij werden we in twee groepen opgedeeld en toegewezen aan een concept om daarrond onze ideeën te vormen in de lotus blossom. We hebben gewerkt met een doorschuifsysteem zodat elk groepje over elk concept kon brainstormen. Op deze manier hebben we 8 ideeën per concept, en dit komt op een totaal van 64 ideeën.
METHODIEK 2: COCD-box
Aantal respondenten
Evaluatie van de methodiek
De COCD-box is een handige tool geweest in de convergentiefase van de creatieve brainstorm om zo op een structurele manier ideeën te selecteren. Via deze tool krijgt elk teamlid individueel de kans om de ideeën te beoordelen en zijn eigen voorkeuren aan te duiden.
Belangrijkste resultaten
Vervolg brainstorm:
- Convergeerfase (COCD-box): Elk teamlid kreeg na de creatieve brainstorm de tijd om 4 stemmen uit te brengen: 2 voor WOW-ideeën, 1 voor een HOW-idee en 1 voor een NOW-idee.
- Na feedback van de begeleiders hebben we de ideeën meer uitgeschreven zodat ze duurzamer en ambitieuzer waren en voor de verschillende partijen een oplossing kunnen bieden.
- Nadat de ideeën op punt stonden, heeft een groepje de WOW-ideeën onder de loep genomen op basis van duurzaamheid, of het al dan niet een wicked problem oplost en of het de bron van een probleem aanpakt (zie document '12 WOW-ideeën'), gebruikmakend van de tarotkaarten. Dit werd gedaan om later de haalbaarste en creatiefste ideeën voor te stellen aan stakeholders aan de hand van een intention survey. (Deze stap was na het krijgen van de feedback niet echt nodig maar wel een mooie oefening en bruikbaar voor later)
Nadat de COCD-box afgerond was, hebben we voor de tweede maal feedback gekregen van onze begeleiders. Er waren tegenstrijdige verwachtingen van onze begeleiders en de challengers, waardoor we als groep in de knoop zaten omtrent de volgende stappen die we moesten ondernemen voor onze interface. Hierdoor kwamen we terecht in een pivot-fase wat resulteerde in het opnieuw onder de loep nemen van de scenario-analyse. We gaan persona's ontwikkelen voor onze scenario's, we gaan de trends meer verwerken, we gaan het humane aspect voorop stellen en onze horizon verbreden (naar 2050). De stappen die we deze sprint nog hebben doorlopen zijn:
1) De groep onderverdeeld in subgroepjes per scenario + een groepje voor persona's.
2) Om de ideeën van de lotus blossom niet verloren te laten gaan, zijn we vertrokken vanuit elk scenario (1,2,3,4) en hebben we de ideeën herbekeken om deze eventueel te verwerken in het scenario. We hebben de bestpassende ideeën per scenario opgelijst in een document (zie document 'ideeën per scenario')
3) Na overleg met onze begeleiders hebben we onze horizon verlegd naar 2050, aangezien een scenario-analyse een toekomstperspectief moet bieden. Uiteraard is het belangrijk dat de trends ook tegen 2050 nog als zeker of onzeker bestempeld kunnen worden. Ieder groepslid heeft 1 trend toegewezen gekregen en heeft aan de hand van literatuur onderbouwt of deze tegen 2050 zeker of onzeker is (sommige zijn zeker/onzeker gebleven, anderen zijn veranderd).
METHODIEK 3: Intention survey
Aantal respondenten
Evaluatie van de methodiek
Tijdens deze sprint hebben we feedback gekregen van onze begeleiders dat we de scenario-analyse veel dieper moeten uitwerken omdat het communicatiedoel in onze challenge de belangrijkste doelstelling is. Vooraleer we kunnen beginnen aan onze interface is het beter om eerst een stapje terug te zetten om onze scenario-analyse beter te onderbouwen. Op die manier kunnen we met een sterke scenario-analyse beginnen aan het uitwerken van onze finale deliverable.
Belangrijkste resultaten
/
METHODIEK 4: Paper prototyping
Aantal respondenten
Evaluatie van de methodiek
Tijdens deze sprint hebben we feedback gekregen van onze begeleiders dat we de scenario-analyse veel dieper moeten uitwerken omdat het communicatiedoel in onze challenge de belangrijkste doelstelling is. Vooraleer we kunnen beginnen aan onze interface is het beter om eerst een stapje terug te zetten om onze scenario-analyse beter te onderbouwen. Op die manier kunnen we met een sterke scenario-analyse beginnen aan het uitwerken van onze finale deliverable.
Belangrijkste resultaten
/
Antwoorden
1. Welke WOW-ideeën omtrent de tangible komen naar boven in de creative brainstorm?
Nadat de WOW-stemmen waren toegekend, kwamen we tot 12 WOW-ideeën die adhv tarotkaarten zijn herbekeken. --> Zie document '12 WOW-ideeën'
2. Welk idee wordt finaal gekozen tijdens de COCD-box om te implementeren in onze intention survey?
Doordat we aan het pivoteren zijn, is er nog geen finaal idee uit de bus gekomen. We gaan in de volgende sprint vooral onze focus leggen op een goed onderbouwde en uitgewerkte scenario-analyse vooraleer we verder te werk gaan met de intention survey.
Wat nemen we mee naar de volgende onderzoeksstap?
De ideeën vanuit de lotus blossom gaan we verwerken in de bijhorende scenario's. We moeten ook in ons achterhoofd houden dat onze horizon verbreed is dus dat we ons moeten focussen op een tijdspanne van 30 jaar. We kunnen dus meer werken met echte droomscenario's.
Te onthouden voor op te leveren tangible:
Het is belangrijk om te beseffen dat het oké is om af en toe een stapje terug te nemen in het proces, om uiteindelijk een beter resultaat af te leveren.
Fase 5
08/02/2021 - 21/02/2021Doelstelling
Scenario-analyse
Op basis van de twee assen die we op 9/02 samen met Vanden Broele zullen identificeren, kunnen we uiteindelijk onze vier scenario's opbouwen. Binnen deze vier kwadranten worden de overige trends in een logisch schema aan elkaar gelinkt, met name in een conceptueel schema. Op deze manier worden verschillende verhaallijnen gecreëerd die zich kunnen manifesteren in onze vooropgestelde tijdshorizon (2024). We zullen deze vier scenario's verder ook een concrete naam geven. De overige trends vormen de basis voor de scenario's waartoe de ouderenzorg (woonzorgcentra en thuiszorg) zal evolueren. We hopen dat de scenario-analyse ons zal helpen om de problemen binnen ouderenzorg duidelijk naar boven te laten komen en ons in de juiste richting stuurt naar de verdere uitwerking van onze tangible. Voor de visualisatie van de scenario's zouden we eventueel opteren voor een interactieve website. De website zou dan gemaakt worden via Wix.com webdesign. Over de specificaties van onze uitwerking zijn we echter nog niet helemaal zeker en daarom zal deze ook besproken worden in de meeting met Vanden Broele. Een van de scenario's zal in deze sprint gekozen worden om hieruit dan verder te gaan met een creative brainstorm om zo uiteindelijk een idee voor ons tangible te kunnen uitwerken.
Creative brainstorm
Het scenario waar we verder op zullen werken vormt de basis van onze creative brainstorm. We zullen met de volledige groep samenkomen om zoveel mogelijk ideeën te gaan genereren. We doelen op 10 ideeën per persoon, dan komen we in het totaal aan 160 ideeën. Elk teamlid mag 10 stemmen uitbrengen op basis van NOW (haalbaar en goed idee), HOW (niet haalbaar maar wel origineel idee), WOW (zowel haalbaar en origineel idee). We leggen de nadruk op de WOW ideeën. De ideeën die de meeste stemmen krijgen worden opnieuw onder de loep genomen en per teamlid gequoteerd in een top 5. Uiteindelijk wordt uit de top 5 van elk teamlid een definitieve top 5 gemaakt in samenspraak met de volledige groep. Deze ideeën geven een aanzet voor de COCD-box in de volgende sprint.
Environmental scanning
Vanuit de 14 overige trends, die niet de assen vormen van de scenario-analyse, gaan we de initiatieven onder de loep nemen zoals producten, diensten en innovaties. Hier gaan we de environmental scanning voor gebruiken. Dit laat ons toe om out of the box te denken en om vanuit verschillende standpunten onze uitdaging te benaderen. Als resultaat zullen we een oplijsting krijgen van de verschillende initiatieven die al reeds op de markt bestaan.
Vraagstelling
- Welke 4 scenario's kunnen we onderscheiden?
- Welke twee onzekerheden komen naar boven en vormen de basis voor de assen van de scenario-analyse?
- Welke problemen komen in de afgewerkte scenario-analyse naar boven?
- Welke WOW (top 5) ideeën omtrent de tangible komen naar boven tijdens de creative brainstorm?
Methodeplanning
- Aantal respondenten: -
- Fase: Rapportering
- Aantal respondenten: 16
- Fase: Voorbereiding
- Aantal respondenten: -
- Fase: Rapportering
Taakverdeling
Volledig team
- Fien Van Holderbeke
- Jana Maes
- Jonas Verstichel
- Camille Naessens
- Clara Vandecasteele
- Jules Viaene
- Lisa Dewulf
- Freya Cloostermans
- Kathleen Valcke
- Matthijs Gillemon
- Catho Desmet
- Fien Soens
METHODIEK 1: Scenario analysis
Aantal respondenten
Evaluatie van de methodiek
Scenario-analyse was een handige methodiek om een uitgebreid beeld te krijgen van de verschillende mogelijke 4 toekomstperspectieven. Door de twee meest pertinente onzekere trends op een assenstelsel uit te zetten en de overige trends daar op te situeren, hebben we 4 mogelijke toekomstige situaties naar voren geschoven. In deze sprint hebben we de scenario-analyse succesvol kunnen afwerken.
Belangrijkste resultaten
We hebben vier uitgebreide scenario's en we zijn deze bekomen door volgend proces uit te voeren:
1) We wilden aan VDB combinaties voorschotelen zodat zij er al 1 konden kiezen. Dit deden we door trend 5, 10 en 13 met trends 14 of 15 aan elkaar te koppelen. Zo krijgen we in totaal 6 mogelijke combinaties of assenstelsels: 5+14, 5+15, 10+14, 10+15, 13+14, 13+15 (zie document onzekere trends voor assen scenario-analyse).
9 februari zijn we samengekomen met Vanden Broele om de twee onzekere assen te bepalen. Vanden Broele heeft voor de y-as trend 5 gekozen: geen stijging/stijging van bestrijding van eenzaamheid bij ouderen. Voor de x-as kozen ze voor trend 15: daling/stijging van samenwerking tussen verschillende sectoren om de zorg beter te faciliteren. We nemen hierbij zowel de lange termijn als korte termijn van samenwerking tussen de sectoren in acht.
2) Na de meeting werd per kwadrant een scenario uitgeschreven met de bijhorende trends. Per scenario wordt er telkens een conceptueel schema uitgewerkt dat toont hoe de trends zich verhouden tegenover elkaar op de x- en y-as. Bij het uitschrijven van de scenario's focussen we ons niet op de assen apart maar op het algehele scenario met de daarbij behorende trends (één onzekere en alle zekere) zie document uitgeschreven scenario's + conceptueel schema).
3) Nadat de 4 scenario's volledig uitgeschreven waren, hebben we deze doorgestuurd naar Vanden Broele. Op deze manier konden zij één scenario uitkiezen dat het meest interessant leek voor hun bedrijf waar wij vervolgens een tangible voor zullen opleveren. Uiteindelijk kozen ze scenario 2 omdat dit volgens hun het meeste meerwaarde gaf voor hun doel (zie document uitgeschreven scenario's + conceptueel schema).
METHODIEK 2: Creative brainstorm
Aantal respondenten
Evaluatie van de methodiek
We hebben besloten om de creative brainstorm te verplaatsen naar het begin van sprint 6 (maandagavond 22/02) omdat we op een aantal struikelblokken gestoten zijn. Eerst en vooral hebben we vertraging opgelopen aangezien Vanden Broele hun keuze van het scenario pas donderdagnamiddag (18/02) heeft doorgestuurd. Hierdoor was het praktisch gezien te moeilijk om de creative brainstorm nog op 1 dag te laten doorgaan, aangezien we hiervoor zeker 2 à 3 uur moeten inplannen. Daarnaast willen we het gekozen scenario nog eens onder de loep nemen zodat er zeker geen onduidelijkheden heersen, vermits de creative brainstorm volledig wordt gebaseerd op scenario 2.
Belangrijkste resultaten
De resultaten zullen in sprint 6 uitgebreid besproken worden.
METHODIEK 3: Environmental scanning
Aantal respondenten
Evaluatie van de methodiek
We wouden deze methode graag nog toevoegen bij deze sprint aangezien het een mooie voorbereiding is voor de creative brainstorm. Het geeft ons een duidelijk overzicht van de bestaande initiatieven. Het kan ons op weg helpen om met ideeën te komen tijdens de creative brainstorm en zorgt er ook voor dat er geen overlap ontstaat tussen onze ideeën en al bestaande initiatieven.
Belangrijkste resultaten
We bekomen in totaal een 60-tal initiatieven die werden onderverdeeld in 5 hoofdcategorieën (veiligheid, ondersteuning in dagelijkse activiteiten, actieve betrokkenheid, mentaal welzijn en woontypes). Deze hoofdcategorieën worden vervolgens onderverdeeld in producttypes. We hebben dit gedaan als volgt:
1) We hebben de 14 zekere trends verdeeld onder de groepsleden.
2) Elk groepslid is op zoek gegaan naar producten/diensten/innovaties die aansluiten bij de trends.
3) Deze werden opgelijst in een tabel (zie document tabel initiatieven). Er wordt per initiatief een uitgebreide uitleg gegeven (zie document initiatieven uitgelegd).
Antwoorden
1. Welke twee onzekerheden komen naar boven en vormen de basis voor de assen van de scenario-analyse?
Voor de y-as hebben we in samenspraak met VDB trend 5 gekozen: geen stijging/stijging van bestrijding van eenzaamheid bij ouderen. Voor de x-as kozen we voor trend 15: daling/stijging van samenwerking tussen verschillende sectoren om de zorg beter te faciliteren.
2. Welke 4 scenario's kunnen we onderscheiden?
We hebben elk scenario een naam gegeven.
Scenario 1: zorgpersoneel alias de eenzaamheidsverdelger
Scenario 2: intersectorale innovaties
Scenario 3: do It Yourself
Scenario 4: ouderenzorg op automatische piloot
(zie document uitgewerkte scenario's + conceptueel schema)
3. Welke problemen komen in de afgewerkte scenario-analyse naar boven?
Scenario 1)
- Geen intersectorale samenwerkingen
- Eenzaamheid
- Stijgende werkdruk zorgpersoneel
- Focus op efficiëntie
- Zorg is een stugge, weinig innovatieve sector
- Zorgpersoneel weinig ICT kennis
- Groter worden digitale kloof
Scenario 2)
- Verschil in motivatie bij leren over ICT e.g. meer afhankelijk van het personeel
- Wanneer ict kennis ontbreekt, meer eenzaamheid
- Stijgende werkdruk zorgpersoneel
- Stijgende vraag naar plek WZC en thuishulp
Scenario 3)
- Vraag naar thuiszorg stijgt
- Thuiswonende ouderen raken steeds meer geïsoleerd van de samenleving
- Stijging digitale kloof onderling tussen de ouderen
- Vrijwilligers hebben niet de nodige voorkennis
- Personeels te kort
- Gebrek aan samenwerkingen met andere sectoren zorgt voor verhoogde werklast zorgpersoneel
Scenario 4)
- WZC zitten overvol
- Vraag naar zorg stijgt maar aanbod niet
- Enkel ouderen met hoge zorgnoden krijgen zorgverlening
- Werkdruk stijgt van zorgpersoneel
- Negeren psychosociale kant van de ouderenzorg
- De taak van het zorgpersoneel dient enkel oog te hebben van de fysieke gezondheid en niet de mentale
- Er wordt niet geïnvesteerd in het opbouwen van een band tussen zorgverlener en zorgbehoevende
- Geen vangnet voor sociale isolatie
- Het initiëren van sociaal contact is volledig de verantwoordelijkheid van de ouderen
4. Welke WOW (top 5) ideeën omtrent de tangible komen naar boven tijdens de creative brainstorm?
We hebben de creative brainstorm nog niet kunnen uitvoeren in deze sprint. In sprint 6 zal deze vraag uitvoerig beantwoordt kunnen worden.
Wat nemen we mee naar de volgende onderzoeksstap?
- De scenarioanalyse zal ons in staat stellen de mogelijke toekomst van de ouderenzorg te voorspellen. De 4 scenario's waarin deze analyse resulteert kennen elk hun eigen opportuniteiten en problemen. Dit is waar wij dan met het creëren van een bepaalde tangible op in kunnen spelen. We zullen dit uitwerken in onze creative brainstorm.
- We zullen de kennis vergaard uit de environmental scanning toepassen tijdens de creative brainstorm om inspiratie op te doen en overlappingen met bestaande initiatieven te vermijden.
Te onthouden voor op te leveren tangible:
Het is belangrijk dat we rekening houden met het door Vanden Broele gekozen scenario en dat we onze focus hierbij behouden om onze tangible op te funderen.
Fase 4
07/12/2020 - 18/12/2020Doelstelling
Delphi method
Aan de hand van de eerste convergentiefase in sprint 3 werden 15 trends geselecteerd die we vervolgens via een survey naar de 12 experten (zie namen onder resultaten sprint 3) uit onze stakeholderlijst hebben opgestuurd. Door de toetsing van de 15 trends op impact en zekerheid/onzekerheid bij de experts gaan we in deze sprint vaststellen welke trends het meest impactvol zijn en welke assen het belangrijkste zijn. Aan de hand van de meest impactvolle onzekerheden worden verschillende assenstelsels opgesteld die vervolgens worden voorgesteld aan Vanden Broele. Vanden Broele zal vervolgens een keuze maken van de 2 assen dat voor hen het belangrijkste lijken naar de toekomst toe. Deze 2 assen zullen dan de basis vormen van de 4 kwadranten van onze scenario-analyse.
Scenario-analyse
Op basis van de twee assen die Vanden Broele heeft geïdentificeerd, zullen we uiteindelijk onze vier scenario's kunnen opbouwen. Binnen deze vier kwadranten worden de overige trends in een logisch schema aan elkaar gelinkt. Op deze manier worden verschillende verhaaltjes gecreëerd die zich kunnen manifesteren in onze vooropgestelde tijdshorizon (2024). We zullen deze vier scenario's verder ook een concrete naam geven. De overige trends vormen de basis voor de scenario's waartoe de ouderenzorg (woonzorgcentra en thuiszorg) zal evolueren. We hopen dat de scenario-analyse ons zal helpen om de problemen binnen ouderenzorg duidelijk naar boven te laten komen en ons in de juiste richting stuurt naar de verdere uitwerking van onze tangible. Een van de scenario's zal in sprint 5 gekozen worden door Vanden Broele om hieruit dan verder te gaan met een creative brainstorm om zo uiteindelijk een idee voor ons tangible te kunnen uitwerken.
Vraagstelling
- Welke twee onzekerheden komen naar boven en vormen de basis voor de assen van de scenario-analyse?
- Welke 4 scenario's kunnen we onderscheiden?
- Welke problemen komen in de afgewerkte scenario-analyse naar boven?
- Op welke manier gaan we de de scenario's overbrengen aan de opdrachtgever?
Methodeplanning
- Aantal respondenten: 12
- Fase: Data verzameling
- Aantal respondenten: -
- Fase: Rapportering
Taakverdeling
- Brecht Jacobs
- Catho Desmet
- Fien Soens
- Hanne Colpaert
- Kathleen Valcke
- Louis Demeulenaere
- Louise Verhue
- Matthijs Gillemon
- Camille Naessens
- Clara Vandecasteele
- Freya Cloostermans
- Jules Viaene
- Lisa Dewulf
- Fien Van Holderbeke
- Jana Maes
- Jonas Verstichel
- Camille Naessens
- Kathleen Valcke
- Matthijs Gillemon
METHODIEK 1: Delphi method
Aantal respondenten
Evaluatie van de methodiek
We hoopten aan de hand van deze methode de zekerheden en voornamelijk de onzekerheden definitief te gaan identificeren door de trends aan onze experts voor te leggen. We ondervonden hier echter een probleem, namelijk de experts hebben de 15 trends als een zekere trend gelabeld, waardoor we geen onzekere trends hebben om onze assen te bepalen. We hebben dit opgelost in samenspraak met onze begeleiders, door onze eigen kennis vanuit de literatuur en de expert-interviews nog eens onder de loep te nemen en te gaan analyseren welke trends we alsnog als onzeker zouden kunnen labelen.
Belangrijkste resultaten
Na de analyse van de survey komen uit de 16 trends; 12 zekere trends naar voor en 4 trends waar er een verdeelde mening over was (die later in het trendrapport als onzeker zullen gelabeld worden).
We zijn deze bekomen door volgend proces uit te voeren:
1) We stelden een gestandaardiseerde mail op om de experts uit te nodigen om de survey in te vullen.
2) Opmaak van de survey: we gebruiken een assenstelsel waarbij op de x-as zeker- of onzekerheid wordt bevraagd en op de y-as de impact van de trend op de maatschappij. Dit kunnen de experts aanduiden aan de hand van scores van 1-10. We werkten op het assenstelsel met twee kleuren, aan de linkerkant rood met de onzekerheden en aan de rechterkant groen met de zekerheden. (onder documenten: screenshot van voorbeeldvraag uit de survey)
3) Versturen van de survey op 5/12 met gebruik van een gestandaardiseerde mail.
4) Er werd een reminder mail opgestuurd op 10/12 naar de experts die de survey nog niet hadden ingevuld.
5) De verwerking van de survey in een excel-bestand: de 16 trends werden opgelijst aan de hand van de hoogste naar de laagste gemiddelde score op impact. De som van zekerheid of onzekerheid wordt berekend, om zo te bepalen of een trend zeker of onzeker is. Wanneer een trend door meer dan de helft van de respondenten wordt aangehaald als zeker, nemen wij deze trend mee als zeker.
6) We hebben de resultaten op een overzichtelijke manier weergegeven: per trend de gemiddelde, minimum en maximum score van impact en zeker of onzeker.
METHODIEK 2: Scenario analysis
Aantal respondenten
Evaluatie van de methodiek
We zitten nog niet zo ver in onze scenario-analyse als we gehoopt hadden. Dit komt door verscheidene redenen, eerst en vooral door de vertraging die we hebben opgelopen met de survey. We konden deze pas volledig analyseren in het begin van de tweede week van deze sprint. Vervolgens wilden we de onzekere trends voorleggen aan Vanden Broele en in samenspraak met hen onze twee assen bepalen. Dit is deze sprint niet meer doorgegaan, maar we hebben reeds een afspraak gepland in sprint 5 op 9 februari. Wat we wel al hebben kunnen doen is een trendrapport maken om onze trends te gaan verduidelijken. Dit zal ons verder helpen in het opstellen van onze scenario-analyse in sprint 5, wat dan ook onze finale deadline is voor het opleveren hiervan.
Belangrijkste resultaten
1) Kiezen voor een trendrapport: we deden dit omdat het trendrapport een gefundeerde basis vormt voor de scenario analyse. Zo kunnen de scenario’s mooi gevormd worden en kunnen we duidelijke toekomstbeelden beschrijven. We duiden de trends aan de hand van informatie uit de afgenomen interviews en literatuur.
2) Beslissing zekerheid/onzekerheid: Uit de survey zagen we dat de respondenten de trends voornamelijk als zeker labelden, wat dus voor een probleem zorgde. We zagen in dat we met de juiste argumentatie vanuit de informatie uit de literatuur, interviews en de survey een zekerheid of onzekerheid konden verdedigen.
Zeker:
- De trends die door de meerderheid van de respondenten in de survey als 'zeker' werden aangeduid, en die dat ook bevestigd werden door de literatuurstudie, werden behouden als ‘zekere’ trends.
Onzeker:
- De 4 trends waarbij er verdeelde meningen waren onder de respondenten in de survey, duiden we aan als ‘onzekere’ trends. Deze beslissing werd ook onderbouwd door de bevindingen uit de literatuurstudie en de interviews.
- Twee trends uit de survey kregen positieve resultaten (‘zeker’) maar werden door de literatuurstudie anders beschreven. Bij deze trends kozen we ervoor om ze toch als ‘onzeker’ te benoemen. Omdat wij die door literatuur en interviews toch zeker achten.
--> Je kan iets niet ‘zeker’ benoemen als het niet 100% zeker is. Dan is het nog beter om het afwachtend te bekijken en de trend ‘onzeker’ te laten.
3) Duiding van de trends: aan de hand van de kennis uit de literatuur en informatie uit de interviews. We hebben een mooie oplijsting van de 16 trends met een uitgebreide beschrijving (dit vind je terug onder documenten: trendrapport).
Antwoorden
1. Op welke manier gaan we de de scenario's overbrengen aan de opdrachtgever?
We hebben hier al reeds over nagedacht. We zouden eventueel opteren voor een interactieve website om onze scenario's te visualiseren. De website zou dan gemaakt worden via Wix.com webdesign. Over de specificaties van onze uitwerking zijn we echter nog niet helemaal zeker en daarom zal deze ook besproken worden in de volgende meeting met Vande Broele.
2. Welke twee onzekerheden komen naar boven en vormen de basis voor de assen van de scenario-analyse?
We hebben nog geen keuze kunnen maken voor onze 2 onzekere trends, maar uit de survey en trendrapport hebben we wel al 6 onzekere trends kunnen identificeren. Deze zullen ter illustratie op mogelijke assenstelsels geplaats worden die we die we zullen meenemen naar onze meeting met Vanden Broele;
1. De leefomgeving van ouderen in woonzorgcentra zal huiselijker worden (onzeker)
2. De vraag naar plaatsen in woonzorgcentra zal blijven toenemen (onzeker)
3. Er zal meer ingezet worden op het bestrijden van eenzaamheid bij ouderen (onzeker)
4. In de toekomst zal er meer aandacht zijn voor psychosociaal welzijn bewoners & personeel vanuit overheid (onzeker)
5. Er zal meer ingezet worden op het verbeteren van de sociale band tussen bewoners onderling (WZC) (onzeker)
6. Er zal meer samengewerkt worden tussen verschillende sectoren om de zorg beter te faciliteren (onzeker)
3. Welke 4 scenario's kunnen we onderscheiden?
We kunnen dit deze sprint nog niet beantwoorden. Dit zal duidelijk worden na de definitieve toetsing bij Vanden Broele in sprint 5.
4. Welke problemen komen in de afgewerkte scenario-analyse naar boven?
We kunnen dit deze sprint nog niet beantwoorden. Dit zal duidelijk worden na de definitieve toetsing bij Vanden Broele en de vorming van de scenario's in sprint 5.
Wat nemen we mee naar de volgende onderzoeksstap?
Scenario-analyse: trendrapport
Wanneer we terugkomen op de challenge in het tweede semester zullen we een duidelijk overzicht nodig hebben om terug vlot van start te kunnen met de scenarioanalyse en vlot de verschillende scenario’s uit te schrijven. Bovendien is het ook een mooie deliverable die onze scenario’s of toekomstvisies meer vorm zal geven.
9/2: afspraak met Vanden Broele: bespreking assen scenario-analyse.
Te onthouden voor op te leveren tangible:
In semester 2 kunnen we aan de slag gaan met onze brainstormsessies voor onze tangible. Hierbij moeten we vooral voor ogen houden dat we niet te breed mogen gaan en ons focussen op de problemen die voorkomen uit de scenario-analyse om daarop onze tangible te gaan baseren.
Fase 3
23/11/2020 - 04/12/2020Doelstelling
In Sprint 3 is het de bedoeling dat we aan de hand van een scenario-analyse de veelheid aan trends, die we zullen selecteren uit onze afgenomen interviews, duidelijk te kaderen in vier verhalen.
Eerste fase van de scenario-analyse
Het begin van Sprint 3 betekent de finalisering van de laatste stakeholder- en experteninterviews. Aan de hand van de transcripties van deze interviews, worden algemene labels geïdentificeerd die dienen als verrijking van de trends uit de PESTEL-analyse. De diversiteit aan stakeholders moet ons de mogelijkheid bieden om in dien mate een brede waaier aan perspectieven te krijgen over bepaalde thema's. Zo stelt het ons in staat om onze voeling met het veld te verbeteren en dieper inzicht te verwerven in de factoren die woonzorgcentra en de thuiszorg van de toekomst zullen beheersen. Op die manier hebben we geprobeerd in de eerste fase van een scenario-analyse, de divergentiefase, een zo breed mogelijk aantal trends die betrekking hebben op woonzorgcentra en de thuiszorg te gaan identificeren.
Het codeboek wordt opgesteld om een overzicht te bewaren over de verschillende labels die geïdentificeerd werden uit de interviews. Het stelt ons in staat om de overlap en de verschillen tussen de visies van de diverse stakeholders zo goed mogelijk te managen. De labels dienen als basis voor het opstellen van de trends. Deze trends worden dan toegevoegd aan de trends van de PESTEL om op die manier een trendrapport te verkrijgen. Eens we deze stap voorbij zijn, kan de tweede fase van de scenario-analyse beginnen.
Tweede fase van de scenario-analyse
In de convergentiefase is het van cruciaal belang om de brede waaier aan trends te gaan vernauwen tot de 10-15 voornaamste en meest belangrijke trends. Om ervoor te zorgen dat de trends niet op buikgevoel geselecteerd worden, koppelen we deze terug naar belangrijke experts uit de vorige fase (die dus deel uitmaken van de stakeholdermap). De terugkoppeling vindt plaats onder de vorm van een intentie survey waarbij gevraagd zal worden om de meest belangrijke trends voor de toekomst van woonzorgcentra en de thuiszorg te selecteren (via een vijfpuntenschaal). De input van de experten zal op die manier de basis voor de 10-15 voornaamste trends vormen. Hiernaast wordt er ook gepolst naar de zekerheid of onzekerheid van verschillende trends om zo een beter te zicht te krijgen over de evolutie van bepaalde trends en deze vervolgens ook beter te kunnen benoemen. Vervolgens worden de belangrijkste onzekerheden ook nog doorgestuurd naar VDB zodat onze challenger zelf kan bepalen rond welke assen we zullen werken.
Derde fase van de scenario-analyse
Uit die 10-15 voornaamste trends is het dan aan ons om beargumenteerd (a.d.h.v. literatuur, concrete aanbevelingen binnen de interviews,...) de zekerheden van de onzekerheden te onderscheiden. Zekerheden zijn de trends waarvan we kunnen uit gaan dat hun evolutie min of meer voorspeld kan worden zoals ze nu zijn vooropgesteld. Onzekerheden, daarentegen, zijn de trends waarvan we niet weten hoe deze zich in de toekomst zullen manifesteren. De selectie van de twee voornaamste onzekerheden vormen daarbij de basis van vier kwadranten. Binnen deze vier kwadranten worden de overige trends in een logisch schema aan elkaar gelinkt. Op die manier worden verschillende verhaaltjes gecreëerd die zich kunnen manifesteren in onze vooropgestelde tijdshorizon (2024). Zo vormen de overige trends de basis voor de scenario's waartoe de ouderenzorg zal evolueren. Zowel de selectie van de onzekerheden, als het opstellen van de logische schema's waarin de trends verbonden zijn, en het uitschrijven van de scenario's, worden allemaal zo ver mogelijk uitgewerkt binnen Sprint.
Vierde fase van de scenario-analyse
In de laatste stap wordt er een concrete naam geplakt op de verschillende scenario's.
Door het uitvoeren van de scenario-analyse voldoen we reeds aan een aspect van onze challenger 'Vanden Broele'. De oplossing die we voor ogen hebben zal binnen een realistische inschatting van de toekomst kunnen worden gekaderd. De concrete selectie van een scenario kan in overleg met Vanden Broele gedaan worden. Zo verliezen we de voeling met de verwachtingen van onze challenger niet.
Vraagstelling
- Welke trends werden er besproken in de interviews die nog niet aan bod kwamen in de PESTEL-analyse?
- Zijn er overlappingen tussen de trends die uit de experteninterviews komen en degene die al werden vastgesteld in de PESTEL-analyse?
- Wat zijn de voornaamste trends die de basis vormen voor onze scenario-analyse?
- Hoe zien onze verschillende scenario's eruit?
- Welke twee trends zullen we kunnen identificeren als onzekerheden en zijn dus de basis voor het opstellen van de kwadranten?
Methodeplanning
- Aantal respondenten: 20
- Fase: Data analyse
- Aantal respondenten: -
- Fase: Data analyse
Taakverdeling
- Hanne Colpaert
- Jana Maes
- Jules Viaene
- Brecht Jacobs
- Camille Naessens
- Catho Desmet
- Clara Vandecasteele
- Fien Soens
- Fien Van Holderbeke
- Freya Cloostermans
- Hanne Colpaert
- Jana Maes
- Jonas Verstichel
- Jules Viaene
- Kathleen Valcke
- Lisa Dewulf
- Louis Demeulenaere
- Louise Verhue
- Matthijs Gillemon
- Brecht Jacobs
- Catho Desmet
- Louis Demeulenaere
- Fien Soens
- Hanne Colpaert
- Louise Verhue
- Clara Vandecasteele
- Jules Viaene
- Lisa Dewulf
- Fien Van Holderbeke
- Jana Maes
- Jonas Verstichel
- Camille Naessens
- Kathleen Valcke
- Matthijs Gillemon
METHODIEK 1: Expert interview
Aantal respondenten
Evaluatie van de methodiek
Zoals in sprint 2 aangehaald werd, stonden in sprint 3 nog 2 interviews op de planning. De expertinterviews werden deze sprint succesvol afgerond en in het totaal hebben we 20 respondenten kunnen bereiken.
De volgende twee respondenten werden in sprint 3 nog geïnterviewd:
Professor sociale gerontologie VUB
Centrumleidster lokaal dienstencentrum voor ouderen (onderdeel Sociaal Huis Diksmuide)
De respondent van Zorgproeftuin was deze periode niet meer beschikbaar voor een interview en zal bijgevolg niet meer opgenomen worden in de expertinterviews.
De expertinterviews waren een zeer nuttige tool binnen de divergentiefase van de scenario-analyse. De diversiteit aan stakeholders bood ons de mogelijkheid om breed te gaan en voeling te krijgen met de problematiek en de trends. Aan de hand van de transcripties van de interviews werden een veelheid aan trends geïdentificeerd die dienden als verrijking van de trends uit de PESTEL-analyse.
Belangrijkste resultaten
Uit de expertinterviews ontstond een lijst van 54 trends. Deze vindt u terug onder documenten: 'trends expertinterviews'. We zijn deze trends bekomen aan de hand van een cyclisch en iteratief proces, verschillende stappen zijn meerdere keren doorlopen geweest namelijk:
1) Eerst werd door iedereen van de groep individueel de trends uit zijn/haar interview opgelijst. Indien er overlappingen waren, werden deze er niet opnieuw bijgezet, maar werd er geturfd bij die trend. Om een duidelijke structuur te bekomen hebben we deze trends opgedeeld in drie groepen namelijk: algemene trends, WZC trends en thuiszorg trends.
2) Vervolgens werden de trends verduidelijkt door de groepsleden zodat iedereen op dezelfde lijn zat en de trends op een consequente manier en in dezelfde tijd (toekomstige tijd) werden opgesteld.
3) Hierna werden de overlappingen tussen de trends eruit gehaald en werden de gelijkaardige trends samengevoegd.
4) Daarna werden de trends uit de expertinterviews vergeleken met de trends uit de PESTEL-analyse om te kijken naar de overlappingen. Dit werd gedaan om een antwoord te bieden om op onze vraagstelling. Hieruit komen 8 trends die overlappen.
5) Als laatste hebben we als groep met onze kennis uit de literatuur en de expertinterviews gediscussieerd over de meest relevante trends voor ons onderzoek alsook over de zekerheid en onzekerheid.
Uiteraard zitten we nu nog aan een veelheid van trends. In de volgende stap bij de methodiek scenario-analyse worden deze trends verengt tot een 15-tal trends.
METHODIEK 2: Scenario analysis
Aantal respondenten
Evaluatie van de methodiek
Op basis van de expertinterviews en de PESTEL-analyse werd in de eerdere divergentiefase van de scenario-analyse een brede waaier aan trends geïdentificeerd. In de huidige convergentiefase werd de veelheid aan trends verengt tot een 15-tal meest relevante trends die gebruikt worden in de survey voor de 12 experten.
Belangrijkste resultaten
We hebben de convergentiefase en de opmaak van de survey als volgt aangepakt:
1) Uit de 54 trends van de expertinterviews en de 33 overige (niet-overlappende) trends uit de PESTEL-analyse werden aan de hand van onze kennis over het onderwerp (vanuit literatuur en expertinterviews) vernauwt naar 34 trends.
2) Daarna hebben we met heel de groep deze 34 trends onder de loep genomen, om zo tot de 16 meest relevante trends te komen om in de survey te implementeren en die nuttig blijken voor ons onderzoek. Deze 16 trends worden geformuleerd onder de vraagstelling: "Wat zijn de voornaamste trends die de basis vormen voor de scenario-analyse?".
3) Deze 16 trends worden aan de hand van een survey in Qualtrics getoetst aan de experten. We toetsen zowel de zekerheid of onzekerheid van een trend bij de experten op een schaal van 1 tot 10 alsook de impact van een trend op een schaal van 1 - 10.
4) Deze survey werd in sprint 3 opgestuurd naar de volgende experts in onze stakeholderlijst (Lijst met namen van experten onder documenten: "Expertenlijst voor de survey"):
Onderzoeker bij IMEC UGent
Stafmedewerker - expert UZ Gent + projectmedewerker in de ouderenzorg
Sectorverantwoordelijke thuishulp i-mens/Bond Moyson + organiseren van bejaardenhulp
Seniorenconsulente bij Sociaal Huis in Koksijde (ook mantelzorger)
Directeur WZC
Vlaams kabinet gezondheidszorg
Directeur van Welzijn CM
Prof VUB Sociale gerontologie, seniorenbehoeften, vergrijzing
Centrumleidster lokaal dienstencentrum
Medewerker Familiezorg
Voorzitter Leuvense Ouderenraad
Opdrachtgevers Vanden Broele
5) De resultaten van de surveys zijn nog af te wacht en zullen verwerkt worden in sprint 4. In sprint 4 worden een paar assenstelsel met onzekere en zekere trends uit de survey nogmaals naar onze opdrachtgevers gestuurd namelijk Vanden Broele. Aan de hand van hun expertise zullen de 2 assen voor de scenario analyse gekozen worden.
Antwoorden
1. Zijn er overlappingen tussen de trends die uit de experteninterviews komen en degene die al werden vastgesteld in de PESTEL-analyse?
Deze sprint werden alle 20 interviews getranscribeerd en gecodeerd. De volgende trends uit expert-interviews overlappen met de trends die al eerder werden geïdentificeerd uit de PESTEL-analyse:
- Er zal steeds meer personeelstekort zijn binnen de ouderenzorg (onzeker).
- De vergrijzing van de bevolking zal steeds verder toenemen (zeker).
- Ouderen zullen langer zelfredzaam blijven (zeker).
- Er zullen steeds meer technologische alternatieven zijn voor menselijke zorg (onzeker).
- De opleiding van zorgpersoneel zal steeds minder aan de voorwaarden van de overheid voldoen (onzeker).
- WZC zullen in de toekomst steeds minder toegankelijk worden voor mensen die minder hulpbehoevend zijn (onzeker).
- De vragen naar plaatsen in een WZC zal blijven toenemen (onzeker).
- Ouderen zullen zo lang mogelijk thuis blijven wonen (zeker).
2. Welke trends werden er besproken in de interviews die nog niet aan bod kwamen in de PESTEL-analyse?
Er kwamen 46 nieuwe trends uit de interviews naar boven die nog niet eerder aanbod kwamen in de PESTEL. Deze trends vindt u terug onder documenten: "trends expert-interviews". Hieronder vindt u enkele voorbeelden:
Algemene trends:
- De nood aan engagement en evenementen voor ouderen zal steeds groter worden (onzeker).
- Ouderen zullen steeds sneller zelf stappen ondernemen in de zoektocht naar hulp (onzeker).
WZC trends:
- De populatie ouderen binnen een WZC zal steeds ouder worden (zeker).
- Er zal steeds meer nood zijn aan het verspreiden van zorgtaken (zeker).
Thuiszorg trends:
- De werkdruk in de thuiszorg zal blijven toenemen (onzeker).
- Er zal steeds complexere zorgverlening nodig zijn vanwege zwaar hulpbehoevende patiënten (onzeker).
3. Wat zijn de voornaamste trends die de basis vormen voor onze scenario-analyse?
De bepaling van de onzekerheid of zekerheid per trend is voorlopig opgesteld. We toetsen dit nog bij de experten aan de hand van de survey. Uit deze 15 trends zullen we in de volgende sprint bepalen welke twee onzekerheden de basis zullen vormen van onze assen.
1) De vergrijzing van de bevolking zal steeds verder toenemen (zeker).
2) Er zal meer ingezet worden op het ontwikkelen van nieuwe technologische innovaties voor ouderen (zeker).
3) De werkdruk binnen de ouderenzorg zal blijven toenemen (zeker).
4) De leefomgeving van ouderen in WZC zal huiselijker worden (onzeker).
5) Er zal meer samengewerkt worden tussen verschillende sectoren om de zorg beter te faciliteren (onzeker).
6) Er zal meer ingezet worden op het bestrijden van eenzaamheid (zeker).
7) Het gebruik van ICT zal het sociale netwerk van ouderen vergroten (zeker).
8) De digitale kloof (vaardigheden + toegang tot technologische ontwikkelingen) tussen ouderen onderling zal steeds groter worden (een deel kan mee, een groot deel ook niet) (onzeker).
9) De vraag naar thuiszorg zal stijgen (zeker).
10) De leeftijd van nieuwe bewoners van WZC zal hoger liggen (zeker).
11) Er zal meer ingezet worden op het verbeteren van de sociale band tussen bewoners onderling binnen WZC (bv. aan de hand van leefgroepen) (onzeker).
12a) Er is een toenemend personeelstekort binnen thuiszorg (zeker).
12b) Er is een toenemend personeelstekort binnen WZC (zeker).
13) Ouderen zullen steeds later naar een WZC gaan omdat ze langer thuis kunnen blijven wonen (onzeker).
14) In de toekomst zal er aandacht zijn voor het psychosociaal welzijn van bewoners en personeel (in WZC) vanuit de overheid (onzeker).
15) De vraag naar plaatsen in een WZC zal blijven toenemen (zeker).
4. Hoe zien onze verschillende scenario's eruit?
We kunnen dit deze sprint nog niet beantwoorden. Dit zal duidelijk worden uit de resultaten voor de survey en de definitieve toetsing bij Vandenbroele in sprint 4.
5. Welke twee trends zullen we kunnen identificeren als onzekerheden en zijn dus de basis voor het opstellen van de kwadranten?
We kunnen dit deze sprint nog niet beantwoorden. Dit zal duidelijk worden uit de resultaten voor de survey en de definitieve toetsing bij Vandenbroele in sprint 4.
Wat nemen we mee naar de volgende onderzoeksstap?
Delphi method: uit de resultaten van de experten op de survey van de Delphi method zullen we een beslissing kunnen maken voor onze 2 onzekerheden die de basis zullen vormen van de assen van de scenario-analyse die we dan zullen uitwerken tot scenario's in sprint 4. Aan de hand van de meest impactvolle onzekerheden worden verschillende assenstelsels opgesteld die vervolgens worden voorgesteld aan Vanden Broele. Vanden Broele zal vervolgens een keuze maken van de 2 assen die voor hen het belangrijkste lijken naar de toekomst toe. Deze 2 assen zullen dan de basis vormen van de 4 kwadranten van onze scenario-analyse.
Te onthouden voor op te leveren tangible:
In deze sprint was het heel belangrijk om steeds voor ogen te houden wat ons doel van ons onderzoek is, om op basis daarvan steeds de meest relevante trends over te houden. Op basis van de scenario-analyse hopen we dat de problemen duidelijk naar boven komen om ons zo een verfijnder beeld te geven van hoe we onze tangible moeten aanpakken.
Fase 2
02/11/2020 - 13/11/2020Doelstelling
Contactopname stakeholder
De stakeholders worden via mail gecontacteerd en telefonisch opgebeld na 3 dagen indien er niet wordt geantwoord op de mail. Er werd een gestandaardiseerde mail verstuurd met gedetailleerde uitleg over het interview en het onderzoek. Deze gestandaardiseerde werd reeds opgesteld in sprint 1.
Stakeholderinterviews afnemen
In een volgende stap zullen stakeholder- en expertinterviews worden afgenomen. Hiermee willen we trends binnen woonzorgcentra en thuiszorg vastleggen die nog niet besproken werden in de Pestel analyse. Deze interviews vallen dus nog altijd binnen de divergentiefase. Op basis van de bevindingen die uit de interviews naar voren komen, zullen de meest prominente trends worden geïdentificeerd. Pas in de volgende sprint zal overgegaan worden tot de convergentiefase van de scenario-analyse waarin de belangrijkste trends zullen naar voor worden geschoven door een survey waarin verschillende experten de belangrijkste trends moeten aanduiden. Door een bredere kijk willen we de trends in zijn totaliteit vatten, maar trachten we ook te achterhalen hoe de respondenten deze trends verder zien evolueren en wordt hun visie in kaart gebracht. Een brede kijk op de kwestie was volgens onze begeleiders noodzakelijk. Ze benadrukten dat het hanteren van een te nauwe focus bij de interviews ervoor zou zorgen dat bepaalde opportuniteiten over het hoofd gezien zouden kunnen worden. Zoals vermeld, hopen we op deze manier een aanvulling te kunnen bieden op de trends uit de PESTEL-analyse. Op basis van deze inzichten wordt bepaald waar de focus nu net gelegd dient te worden en zal ook een basis vormen voor de scenario-analyse.
In totaal werden een twintigtal stakeholders en experts geselecteerd op basis van de stakeholder map. We hebben zoveel mogelijk diversiteit proberen bereiken in onze stakeholders zodat we verschillende info te pakken kregen. Deze diversiteit aan stakeholders werd gegarandeerd door het gebruik van PESTEL-factoren (dus zorgen voor stakeholders die meer info konden geven over politieke, economische, sociale, technologische en regulatorische aangelegenheden). Hiernaast werd ook rekening gehouden met de quadruple helix en werd er gezorgd dat er actoren van zowel universiteiten, de industrie, de publieke omgeving en de overheid worden bevraagd. Door de verschillende factoren die in rekening werden gehouden bij de selectie van deze stakeholders, zou dus een representatief beeld moeten weergegeven worden van een diverse groep stakeholders binnen de woonzorgsector en de thuiszorg. Het betrekken van die stakeholders kan verrijkend zijn, aangezien zij een uiteenlopende expertise, ervaring of band met woonzorgcentra en thuiszorg hebben. Dit impliceert dat ze ons relevante kennis kunnen bijbrengen vanuit verschillende perspectieven. Door een diversiteit aan actoren te betrekken, hopen we de trends in zijn geheel te kunnen benaderen.
Concreet zullen we volgende stakeholders bevragen: directie WZC, zorgverleners WZC en thuiszorg/ zorgvragers WZC en thuiszorg/ mutualiteit waaronder de CM en NSVM/ overheidsinstituten waaronder medewerker kabinet van welzijn, OCMW en proeftuinen/ ouderenverenigingen waaronder Vl@s/ experten waaronder onderzoekers, proffen en ondernemers en een journalist van Viewz.
Transcriptie interviews
De interviews worden uitgetypt zodat we de verschillende trends kunnen vaststellen adhv een codeboek. Dit zodat we in sprint 3 van start kunnen gaan met de convergentie fase van de scenario-analyse. In sprint 3 zal er vervolgens een selectie van de trends worden gemaakt aan de hand van surveys die worden verzonden naar de experts. Hierin worden verschillende trends opgelijst en moeten ze aanduiden welke volgens hen in de toekomst het belangrijkste zullen zijn binnen WZC en de thuiszorg.
Vraagstelling
- Welke trends werden er besproken in de interviews die nog niet aan bod kwamen in de PESTEL-analyse?
- Zijn er overlappingen tussen de trends die uit de expert interviews komen en degene die al werden vastgesteld in de PESTEL-analyse?
Methodeplanning
- Aantal respondenten: 20
- Fase: Data verzameling
Taakverdeling
- Brecht Jacobs
- Camille Naessens
- Catho Desmet
- Clara Vandecasteele
- Fien Soens
- Fien Van Holderbeke
- Freya Cloostermans
- Hanne Colpaert
- Jana Maes
- Jonas Verstichel
- Jules Viaene
- Kathleen Valcke
- Lisa Dewulf
- Louis Demeulenaere
- Louise Verhue
- Matthijs Gillemon
- Brecht Jacobs
- Camille Naessens
- Catho Desmet
- Clara Vandecasteele
- Fien Soens
- Fien Van Holderbeke
- Freya Cloostermans
- Hanne Colpaert
- Jana Maes
- Jonas Verstichel
- Jules Viaene
- Kathleen Valcke
- Lisa Dewulf
- Louis Demeulenaere
- Louise Verhue
- Matthijs Gillemon
METHODIEK 1: Expert interview
Aantal respondenten
Evaluatie van de methodiek
Het was een goede methode om meer voeling te krijgen met het onderwerp en om meer zicht te krijgen op de verschillende trends. Wij gebruikten de interviews voor de divergentiefase van de scenario-analyse als aanvulling op de Pestel analyse. De interviews waren dus zeer verrijkend op vlak van diepere informatie te krijgen over WZC en thuiszorg en hebben ons effectief meer trends opgeleverd die aanvullend zijn op deze van de Pestel-analyse. Deze trends worden onder 'belangrijkste resultaten' uitgebreid besproken. Een opmerking is wel dat de respondenten niet even gemakkelijk te bereiken waren. Dit doordat medewerkers binnen WZC en thuiszorg het heel druk hebben in tijden van corona. Hiernaast was het ook niet even gemakkelijk om ouderen te interviewen via video call en moest er dus telefonisch contact opgenomen worden.
Doordat we nu een grote hoeveelheid hebben aan trends trachten we in de volgende sprint een selectie te maken uit deze trends. Dit aan de hand van een survey waarin de verschillende trends uit de interviews en uit de Pestel worden opgelijst. Hieruit moeten verschillende experten gaan kiezen welke zij de belangrijkste trends vinden naar de toekomst toe. De convergentiefase van de scenario analyse zal dus pas in de volgende sprint van start gaan.
Momenteel zijn er 18 interviews afgenomen bij:
Zorgverlener woonzorgcentrum
Thuiswonende en hulpbehoevende oudere
Thuiswonende en niet hulpbehoevende oudere
Professor UGent en technologie-expert
Zelfstandige thuisverpleegster
Sectorverantwoordelijke thuishulp i-mens/Bond Moyson
Bestuurslid ouderenvereniging Vlas
Verpleegster Wit-Gele Kruis
Mantelzorgster
Medewerker thuiszorgwinkel
Oudere in een woonzorgcentrum
Medewerkster OCMW Oostende
Directeur woonzorgcentrum Sint-Jozef
Directeur van CM West-Vlaanderen departement gezondheid, participatie en welzijn
Stafmedewerker strategische beleidcel UZ Gent en projectmedewerker in de ouderenzorg en geriatrie
Verantwoordelijke opleidingen binnen Familiezorg en deel van de kwaliteitsgroep "doelgericht werken"
Medewerkster kabinet van zorg en welzijn Wouter Beke
Voorzitter ouderenraad Leuven
Er moeten nog 3 interviews worden afgenomen. De volgende respondenten staan al vast voor sprint 3:
Professor sociale gerontologie VUB
Centrumleidster lokaal dienstencentrum voor ouderen (onderdeel Sociaal Huis Diksmuide)
nog zoekende achter: een medewerker van zorgproeftuinen
--> een lijst met alle stakeholders vindt u onder documenten: "Lijst stakeholders"
Belangrijkste resultaten
De resultaten van de expert interviews zijn nog niet volledig aangezien we er nog een aantal moeten afnemen, maar het codeboek is wel volop in de maak. Er zijn al een aantal trends die naar voor komen uit de afgenomen interviews, deze hebben we nu kort opgesomd per thema van trends. Uiteraard zijn dit nog niet de finale resultaten, aangezien er nog enkele interviews afgenomen moeten worden. Per trend vermelden we ook steeds of het een zekere of onzekere trend is. Voorlopig komen de volgende trends aan bod in de interviews:
Band met oudere
- Tijdens de verzorging (zekere)
- Weinig tijd voor verzorging (zekere)
- Praktische gesprekken (zekere)
- Verbondenheid en vertrouwensband (onzekere)
Pijnpunten sector
- Weinig geld (zekere)
- Weinig personeel (zekere)
- Weinig tijd (zekere)
- Geen aantrekkelijke job (zekere)
- Stresserende job (zekere)
- Hoge werkdruk (zekere)
- Weinig focus op mentale gezondheid van personeel (zekere)
Pijnpunten ouderen
- Nood aan gesprekspartner (onzekere)
- Voelen zich niet thuis in WZC (onzekere)
- Eenzaamheid (onzekere)
- Mentale gezondheid (onzekere)
- Willen langer thuis in vertrouwde omgeving verblijven (onzekere)
- Mensonwaardige behandeling (onzekere)
Pijnpunten zorgverleners
- Emotioneel zwaar (zekere)
- Fysiek vermoeiend (zekere)
- Schuldgevoel wegens korte verzorging (onzekere)
- Kleine taken vergen veel tijd (zekere)
Technologie & innovaties in WZC
- Ouderen staan ervoor open maar hebben voldoende begeleiding en uitleg nodig (onzekere)
- Gebruiken technologie zoals sociale platformen om contact met familie te hebben (zekere)
- Menselijke zorg blijft nodig --> geen robots (zekere)
- Innovaties handig om kleinere taken over te nemen (onzekere)
- Weinig kennis bij ouderen van bestaande technologieën (computer, gsm,…) (zekere)
Ouderen in de toekomst
- Vergrijzing (zekere)
- Te weinig plaats in WZC, uitbreidingen nodig (onzekere)
- Ouderen willen meer zeggenschap (onzekere)
- Autonomie (zekere)
- Technologie meer ingeburgerd bij ouderen (onzekere)
- Meer engagement (onzekere)
- Meer assertiviteit (onzekere)
Noden van ouderen
- Nood aan vertrouwde omgeving (zekere)
- Herkenningspunten met vroeger (onzekere)
- Sociale band met personeel (onzekere)
- Ritme en regelmaat (zekere)
- Menselijkere behandeling (onzekere)
- Sociaal contact (onzekere)
- Zinvolle dag-invulling (onzekere)
Autonomie
- Eigen dagindeling bepalen (onzekere)
- Meer zeggenschap over dagelijkse activiteiten (eten, slapen, beweging) (onzekere)
Eenzaamheid
- Veel verlies van naasten --> leegte (zekere)
- Weinig activiteiten --> piekeren (zekere)
- Weinig bezoek (onzekere)
- Activiteiten gecentreerd binnen werkweek à weekend open (zekere)
Vrijetijdsbesteding
- Activiteiten gecentreerd binnen werkweek --> weekend open (zekere)
- Mogelijkheid tot toetreding verenigingen maar grote beperkingen: (zekere)
- Mobiliteit
- Concentratiemoeilijkheden
- ziekte (oa Corona)
- Leden van ouderenverenigingen vaker van hogere sociale klasse
Deze trends zullen we gebruiken (als alle expert interviews afgenomen zijn) om vervolgens in een kleine survey te toetsen welke de belangrijkste zijn voor de experts.
Naast deze trends komen uit het codeboek ook een aantal thema's die geen trends vormen maar eerder oplossingen zijn voor de heersende problemen in de sector. Deze zijn in deze fase minder relevant, maar zullen later in ons proces zeker interessant zijn als we brainstormen over onze tangible.
Antwoorden
1. Zijn er overlappingen tussen de trends die uit de expert interviews komen en degene die al werden vastgesteld in de PESTEL-analyse?
Zoals reeds vermeld is zijn nog niet alle interviews gecodeerd. Voorlopig zijn er wel al heel wat trends uit de expert interviews die overlappen met de trends uit de PESTEL-analyse.
De voorlopig meest belangrijke overlappende trends zijn:
- Er zullen steeds meer ouderen zijn (zeker)
- Er zullen steeds meer ouderen in WZC wonen (zeker)
- Het aantal eenzame ouderen zal blijven stijgen (onzeker)
- De ouderen willen steeds langer thuis wonen (onzeker)
- Meer technologische innovaties worden geïmplementeerd in WZC (onzeker)
-Technologie wordt ingezet om comfort en veiligheid te ondersteunen zowel voor zorgpersoneel als ouderen (zeker)
- Er is een toenemende ontevredenheid bij het zorgpersoneel doordat de overheid de zorgpremie niet verhoogt (zeker)
- Het sociale netwerk kan steeds groter worden door het gebruik van ICT (onzeker)
- Personeelstekort zal groter worden in de toekomst (zeker)
-Het behouden van zorgpersoneel wordt steeds moeilijker (zeker)
-Er zal meer aandacht zijn voor het psychosociaal welzijn van het zorgpersoneel en ouderen (zeker)
2. Welke trends werden er besproken in de interviews die nog niet aan bod kwamen in de PESTEL-analyse?
Zoals reeds vermeld is zijn nog niet alle interviews gecodeerd. Momenteel zien we wel al enkele nieuwe trends opduiken uit de expert interviews die nog niet aan bod kwamen in de PESTEL-analyse, namelijk:
-Er is nood aan een betere sociale band tussen zorgverlener en zorgbehoevende (onzeker)
-De tijdsdruk blijft stijgen bij het zorgpersoneel (zeker)
-De job van zorgverleners zal fysiek alleen nog maar moeilijker worden (zeker)
-Ouderen krijgen te weinig begeleiding en uitleg over technologische innovaties (onzeker)
-Ouderen zullen in de toekomst meer autonomie opeisen (onzeker)
-De nood aan een huiselijke omgeving in WZC zal blijven stijgen (zeker)
- Er is nood aan meer persoonsgerichte zorgverlening bij ouderen (onzeker)
-Er wordt momenteel nog niet veel ingezet op een zinvolle dagindeling voor ouderen (onzeker)
-De toetreding tot ouderenverenigingen zal beperkt blijven (zeker)
Wat nemen we mee naar de volgende onderzoeksstap?
Experts interviews: deze kunnen gezien worden als deel van de divergerende fase van de scenario-analyse. We hebben aan de hand van de expert interviews meer voeling gekregen met de sector alsook heersende trends en problematieken binnen thuiszorg en woonzorgcentra kunnen vaststellen. De informatie en inzichten uit de interviews laten ons toe om een volledig zicht te krijgen op de heersende trends binnen de sector Vanuit het oogpunt van verschillende spelers die een link hebben met ouderenzorg. Concreet resulteert deze divergentie fase in een grote hoeveelheid aan trends die aangeven wat er leeft binnen woonzorgcentra en thuiszorg.
Deze lijst trends gaan we vervolgens gebruiken in een survey die we gaan voorleggen aan de experts, om zo de de meest significante trends te signaleren.
De belangrijkste trends uit de survey nemen we dan vervolgens mee naar onze scenario-analyse, de convergentiefase, om aan de hand daarvan onze assen te bepalen.
Te onthouden voor op te leveren tangible:
De lijst van trends is nu het voornaamste waarmee al rekening kan worden gehouden naar de toekomst. Aan de hand van een van deze trends zal bepaald worden hoe onze tangible er uiteindelijk zal uitzien.
Fase 1
19/10/2020 - 31/10/2020Doelstelling
Voorbereidend werk voor de afname van verschillende interviews bij relevante stakeholders. Dit zal gebeuren aan de hand van 2 tools.
Stakeholder Mapping
Overzichtelijk geheel maken van verschillende groepen stakeholders en deze ook al bij naam gaan noemen.
Waarom?
Er zijn heel veel stakeholders (politiek, thuiszorg, Vanden Broele, belangengroepen, overheidsinstellingen, … ) deze moeten in kaart gebracht worden zodat later duidelijk wordt bij welke stakeholders we welke info kunnen verkrijgen.
PESTEL analyse
Op macro niveau, verschillende factoren en invloeden van de verschillende stakeholders in kaart proberen te brengen.
Waarom?
Zou ons een helikopterperspectief moeten geven over de verschillende invloeden van verschillende stakeholders bij verschillende factoren op politiek, economisch, sociaal en technologisch vlak.
Vraagstelling
- HYPOTHESE 1: Stakeholders X,Y,Z,... zijn de meest relevante contactpersonen voor de stakeholder interviews.
- HYPOTHESE 2: Er zijn te weinig financiële hulpmiddelen in woonzorgcentra om structurele problemen op te lossen.
- HYPOTHESE 3: Er heerst eenzaamheid bij thuiswonende zorgbehoevenden en ouderen in wzc.
- HYPOTHESE 4: Er is een personeelstekort binnen wzc en thuiszorg.
- HYPOTHESE 5: Zorgverleners ondervinden een hoge werklast.
- HYPOTHESE 6: Winstbejag binnen de woonzorg sector zorgt voor een slechtere levenskwaliteit van de inwoners.
Methodeplanning
- Aantal respondenten: -
- Fase: Voorbereiding
- Aantal respondenten: -
- Fase: Voorbereiding
Taakverdeling
- Matthijs Gillemon
- Camille Naessens
METHODIEK 1: PESTEL analysis
Aantal respondenten
Evaluatie van de methodiek
De PESTEL-analyse is een goede tool voor een trendanalyse en scanning te doen van de trends en impactfactoren rond ons thema. De tool werd voornamelijk gebruikt om die belangrijkste trends van de problemen binnen een woonzorgcentra en thuiszorg te identificeren. Het heeft ons een korte samenvatting gegeven van ervaringen van ouderen in woonzorgcentra en zorgbehoevende thuiswonende ouderen.
Wel zagen we dat onze onderzoeksvraag iets te breed is om alles in kaart te kunnen brengen. Er werd dus vooral gefocust op de informatie die wij het meest relevant vonden voor onze challenge (zie 'belangrijkste resultaten' voor concretisering).
Belangrijkste resultaten
De PESTEL gaf aan dat er zowel binnen de thuiszorg alsook binnen de woonzorgcentra verschillende structurele problemen aanwezig zijn. De problemen in WZC komen veelal overeen met die in de thuiszorg maar worden vaak nog versterkt. Het overgrote deel van de structurele problemen lijkt zich voornamelijk binnen de woonzorgcentra te bevinden. Dit type van ouderenzorg is namelijk, op private woonzorgcentra na, een lokale bevoegdheid die enerzijds enorm afhankelijk is van subsidies en bovendien kampt met een ‘efficiëntiebeleid’. Verder toont de analyse aan dat op politiek, economisch, sociaal-cultureel, technologisch en legaal vlak de vooruitzichten er slechter uit zien door onder andere een personeelstekort, te kort aan RVT-bedden, minder premies voor personeel, minder opgeleiden binnen woonzorgcentra, etc.
Uit de demografische cijfers bleek dat 4 op 5 inwoners van een woonzorgcentrum zwaar zorgbehoevend is. Hierdoor is er steeds een grotere nood aan gepersonaliseerde zorg. Daarnaast is er echter ook weinig succesvol ontwikkelt om de emotionele problemen waar ouderen mee kampen zoals eenzaamheid, zingeving en depressie tegen te gaan. Hierbij wordt, binnen een woonzorgcentra, te veel gekeken naar cijfers en te weinig naar de mensen zelf. Dit zorgt er dan weer voor dat ouderen psychosociaal afzien.
Ook in de thuiszorg ligt een werf met grote uitdagingen open. Zo toonde de PESTEL eveneens aan dat de kosten voor thuisverpleging zeer hoog liggen en ook zij zijn zeer afhankelijk van subsidies.
We besloten om de scope toch breed houden, hiermee wordt bedoeld dat er gefocust wordt op zowel de woonzorgcentra alsook op de thuiszorg. Dit doordat de problemen binnen de thuiszorg ook interessant lijken om een algemeen beeld te schetsen van de huidige en toekomstige situatie.
Verder hielp de PESTEL-analyse ons erbij om 41 trends te identificeren. Enkele van deze onzekere of zekere trends luidden als volgt:
Politieke trends
- Er zal meer ingezet worden op het ontwikkelen van nieuwe technologische innovaties voor ouderen. (onzekere trend)
- Er zal meer ingezet worden op het bestrijden van eenzaamheid en dementie. (zekere trend)
Economische trends
- We zien meer en meer dat ouderen te weinig financiële middelen hebben om een plaats in het WZC te betalen (onzekere trend)
Socio-culturele trends
- De bewoners van een WZC zullen steeds meer hulpbehoevend zijn. (zekere trend)
- Ouderen zullen steeds langer thuis willen wonen. (onzekere trend)
Technologische trends
- Meer technologische innovaties worden geïmplementeerd in WZC. (onzekere trend)
Juridische trends
- Het woonzorgdecreet zal helpen om de levenskwaliteit van de bewoners te beschermen. (onzekere trend)
--> de volledige lijst met trends vindt je bij documenten onder "Trends uit PESTEL-analyse"
METHODIEK 2: Stakeholder mapping
Aantal respondenten
Evaluatie van de methodiek
Deze methodiek is een goede tool om een overzicht te krijgen van verschillende stakeholders. Dit was noodzakelijk in ons geval aangezien wij zeer veel stakeholders hebben. Door de overvloed aan stakeholders zagen we wel dat het moeilijk was om ALLE stakeholders te selecteren. We hebben dus gefocust op de meest relevante stakeholders. Aan de hand van de quadrupel helix en de PESTEL analyse hebben we de map structuur gegeven.
Belangrijkste resultaten
Aan de hand van de quadrupel helix zijn we tot de conclusie gekomen dat de belangrijkste stakeholder groepen de volgende zijn: mensen die achter het beleid zitten (overheidsmedewerkers), ondernemers, burgers en professoren. Vervolgens zijn deze verdeeld onder de verschillende factoren van de PESTEL methode namelijk:
Politiek/Juridisch onderverdeling van 2 groepen: overheid op lokaal niveau -> Vlaamse ouderenraad en overheid op Vlaams niveau -> Kabinet van Welzijn.
Economische stakeholders zijn: directie van een WZC, ondernemers zoals Bas Baccarne (Hello Jenny) en Wil Rijnen (zorgproeftuin InnoAge), Auteurs van VIEWZ (magazine van Vanden Broele) en OCMW (sociaal assistent verantwoordelijk over ouderen).
Onder het sociale vlak vallen stakeholders als Okra, Proeftuinen, CM, Bond Moyson en de Thuiszorgwinkel. Alle mutualiteiten worden samen vertegenwoordigd door Verso. Dat is een koepelorganisatie die de belangen van onder meer de christelijke, liberale en socialistische mutualiteiten behartigd. Een andere koepelorganisatie is Zorgnet Icuro. Zij behartigen de belangen van de Vlaamse algemene ziekenhuizen, initiatieven uit de geestelijke gezondheidszorg en not-for-profit voorzieningen uit de ouderenzorg.
Bij het technologische luik hebben we onderzoekers en professoren als stakeholders. Meer specifiek professoren van gezondheidsbeleid of volksgezondheid en eerstelijnszorg of van sociale gerontologie, seniorenbehoeften en vergrijzing.
Naast de onderverdeling van de PESTEL, is er nog een belangrijke groep stakeholders namelijk de burgers. Deze verdelen we in subgroepen namelijk: ouderen die thuiswonend zijn en niet hulpbehoevend zijn, ouderen die thuiswonend zijn en hulpbehoevend zijn en ouderen die in een WZC verblijven. Vervolgens hebben we onder de burgers ook de zorgverleners die we opsplitsen in mantelzorgers, familiehulp, zorgverlener in WZC en thuisverpleging waaronder het Wit-Gele kruis.
Deze stakeholders zijn een vertrekpunt om op basis daarvan expert interviews af te nemen om zo de grootste problematieken bij ouderen aan het licht te brengen. Vervolgens gaan we onze scope (o.a. concretisering stakeholders) dan concreter kunnen bepalen aan de hand van de verworven informatie uit de expert interviews. We hebben bij de stakeholder dus nog geen afbakening gemaakt tot WZC en thuiszorg, we zijn nog breder gegaan om later meer te kunnen afbakenen. Het resultaat is dus een gestructureerde en overzichtelijke weergave van de verschillende stakeholders. Voor verdere concretisering van de verschillende stakeholders, zie bijlage 'visualisatie stakeholdermap'.
Antwoorden
1. HYPOTHESE 1: Bewoners van woonzorgcentra, hun familie, ouderen, verzorgers en beleidspersoneel in het algemeen zijn belangrijke stakeholders.
De belangrijkste stakeholders voor de stakeholder interviews zijn vastgesteld aan de hand van literatuurstudie en de quadrupel helix. Volgens de quadrupel helix zijn de belangrijkste stakeholders binnen een kenniseconomie de universiteiten, publieke omgeving, overheid en industrie. Startende uit dit 'framework' zijn we deze actoren gaan concretiseren aan de hand van de literatuurstudie en de eerdere workshop omtrent het identificeren van stakeholders. Zo hebben we verschillende koepels kunnen identificeren zoals de burger (waaronder ouderen in de zorg en de kinderen van deze ouderen), zorgverleners van zowel WZC als thuiszorg, beleidmakers (zie verschillende overheidsinstanties), mutualiteiten en hun thuiszorgwinkels, ouderen verenigingen, onderzoekers en ondernemers die zich bezig houden met ouderen zorg en als laatste Vanden Broele zelf. Er werd een lijst opgemaakt door ons met van elk van deze koepels minstens 1 mogelijke contact persoon. Deze lijst werd ook verder aangevuld door Vanden Broele zelf. Deze stakeholders zouden ons meer inzicht moeten geven in bepaalde problemen binnen de ouderenzorg en hoe de stakeholders deze in de komende 4 jaar zien evolueren (interviews als aanvulling op PESTEL). Samen zullen de inzichten van zowel de PESTEL analyse als deze van de stakeholder interviews de basis zijn voor de scenario analyse.
2. HYPOTHESE 2: Er zijn te weinig financiële hulpmiddelen in woonzorgcentra om structurele problemen op te lossen.
De voornaamste problemen in de woonzorgcentra en thuiszorg zijn personeelstekort, personeelsverloop, gebrek aan opleiding van het personeel en voorziening infrastructuur volgens de resultaten uit de PESTEL analyse. De PESTEL analyse en voorgaande literatuurstudie toonde aan dat er weldegelijk genoeg financiële middelen zijn om deze problemen op te lossen. Het probleem ligt echter bij de inefficiëntie benutting van de financiële hulpmiddelen, verkregen door de overheid. Er worden namelijk meer en meer premies uitgedeeld voor zorgverleners voor nachtdiensten en overuren. Dit om het personeelstekort en personeelsverloop te verhelpen. Hierdoor kan er echter minder worden geïnvesteerd in infrastructuur zoals RVT bedden. Dit speelt in het nadeel voor de levenskwaliteit van ouderen in wzc en die personen thuiszorg ontvangen. Door dat personeel vaak weinig tijd heeft geven de ouderen aan dat ze een betere band zouden willen voelen met hun zorgverlener waardoor ze zich ook minder eenzaam zullen voelen.
Er zou ook meer geld naar opleidingen. De profielen van zorgbewoners zijn vaak nog enkel gericht op de fysieke gezondheid van de ouderen en door tijdgebrek laat dat weinig ruimte over voor aandacht aan de mentale gezondheid van de ouderen. Het zorgpersoneel zou opleidingen moeten krijgen over de emotionele aspect dat bij de job komt kijken en zo ook meer aandacht geven aan het mentale welzijn van de ouderen.
3. HYPOTHESE 3: Er heerst eenzaamheid bij thuiswonende zorgbehoevenden en ouderen in wzc.
Aan de hand van literatuur zijn we tot de conclusie gekomen dat een groot deel van de senioren eenzaam is. Eén derde van de 75-plussers zegt dat ze zich eenzaam voelt. Uit literatuur (zie pestel voor bronnen) werd er geconcludeerd dat het aantal sociaal weerbaren groter is bij thuiswonenden zorgbehoevenden dan bij inwoners van een woonzorgcentrum doordat het sociaal isolement groter is bij bewoners van woonzorgcentra die vaker meer contact willen, vooral met kleinkinderen. Hiernaast werd er vastgesteld dat ouderen met een minder omvangrijk netwerk aan vrienden en met minder kleinkinderen zich vaak meer eenzaam voelen dan andere ouderen. Deze eenzaamheidsgevoelens kunnen leiden depressie. Conclusie is dat eenzaamheid niet altijd rechtstreeks verband houdt met het al dan niet in een woonzorgcentrum wonen, maar vooral met de grote van het sociale netwerk van de oudere wat op die leeftijd automatisch al wat kleiner door sterfgevallen.
4. HYPOTHESE 4: Er is een personeelstekort binnen wzc en thuiszorg.
Er is inderdaad een personeelstekort. Dit valt hoofdzakelijk te verklaren door een onaangename werkomgeving (alleen van toepassing in wzc), te grote werklast en te weinig multidisciplinair opgeleide werknemers. Om het te kort aan personeel te verwerken wordt er beroep gedaan op zorgpersoneel in andere sectoren. Vaak is dit dan nog geen oplossing aangezien ze niet de juiste opleiding hebben gehad om bepaalde problemen te verhelpen binnen wzc en thuiszorg.
Door de huidige pandemie waarin we leven is het personeelstekort alleen nog maar groter geworden. Veel werknemers moeten thuis blijven doordat ze symptomen vertonen of corona hebben. Hierdoor worden er vrijwilligers en studenten ingezet om het personeelstekort te verhelpen. Hier is het probleem dan terug dat deze mensen (nog) niet voldoende kennis/ervaring hebben binnen de zorgsector.
5. HYPOTHESE 5: Zorgverleners ondervinden een hoge werklast.
Dit werd bevestigd uit literatuur en is te verklaren door het personeelstekort. Een technologisch of innovatief antwoord lijkt hier de voor de hand liggende oplossing. Zo worden al verschillende initiatieven geleidelijk aan geïmplementeerd. Deze hebben voornamelijk betrekking op de monitoring van de gezondheid van ouderen. Deze implementatie verloopt echter traag en blijf vaak nog steken in het proefstadium. De innovaties hebben dus nog niet geleid tot een verminderde werklast of veranderde werkervaring. De focus van de innovaties liggen vooral op zo efficiënt mogelijke zorgvoorziening voor de verschillende zorgbehoevenden zowel in WZC als thuishulp. Wel is het opmerkelijk dat de innovatie veelal getest worden in WZC omdat de doelgroep zich hier verzameld.
6. HYPOTHESE 6: Winstbejag binnen de woonzorg sector zorgt voor een slechtere levenskwaliteit van de inwoners.
Dit is inderdaad het geval. Uit literatuur kan worden afgeleid dat de levenskwaliteit van ouderen in private woonzorgcentra significant lager ligt dan bij de woonzorgcentra van VZW's en openbare instellingen. Dit is te verklaren doordat winst hier prioriteit is en de levenskwaliteit van de ouderen op de tweede plaats komt. Hiernaast krijgen private wzc geen subsidies voor vrijetijdsactiviteiten en verbouwingen.
Wat nemen we mee naar de volgende onderzoeksstap?
Wat wordt meegenomen naar de volgende onderzoeksstap (dus naar de stakeholder interviews) is:
1. De PESTEL wordt gebruikt voor het opstellen van de vragen van de interviews. Dit gebeurt dus aan de verschillende trends die we hebben vastgesteld de uit de PESTEL. In de interviews zullen de stakeholders moeten aangeven hoe zij bepaalde problemen zien evolueren. Hiernaast is het ook de bedoeling dat de stakeholders andere problemen aanhalen die wij zelf over het hoofd zagen. De trends moeten worden dus in het achterhoofd gehouden bij het interviewen van de stakeholders.
2. De stakeholdermap helpt bij de contactopname en moet ervoor zorgen dat de contactopnames met verschillende stakeholders vlot verlopen. Deze stakeholders zijn dus de concrete groepen bij wie we de interviews gaan afnemen en zorgt voor een overzicht van de te bevragen groepen (zie groepen bij 'belangrijkste resultaten stakeholdermap').
Te onthouden voor op te leveren tangible:
Na de analyse van de interviews zal er gebrainstormd worden over een mogelijke oplossing voor een bepaalde scenario. Deze vraag is dus voorlopig nog niet van toepassing aangezien wij nog geen concreet beeld hebben van de tangible.